Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
draad
› 4 Engels woorden unit 4
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
draad
, deel 4
4 Engels woorden unit 4
Jaar 2 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
access to = toegang tot guide book = (reis)gids emperor = keizer in memory of = ter nagedachtenis aan recognize = erkennen heritage = erfgoed threaten = bedreigen flood = onder water zetten fund = financieren preserve = beschermen, bewaren common = gemeenschappelijk, gedeeld amazing = ongelofelijk joke = grap, mop noisy = lawaaierig in front of = voor fry = bakken build - built - built = bouwen admit = toegeven suppose = aannemen, veronderstellen wonder = zich afvragen contain = bevatten ancient = oud, klassiek cooperation = medewerking mankind = mensheid divide into = verdelen, opdelen desert = woestijn value = waarde civilization = beschaving date back = stammen af booming = bloeiend struggle with = worstelen met poverty = armoede illiteracy = analfabetisme inadequate = ontoereikend, ongeschikt vast = enorm (groot) slum = sloppenwijk, krottenwijk maintain = onderhouden modest = bescheiden skip = overslaan prior to = voorafgaand aan attendant = bediende, knecht refundable = kan worden terugbetaald deposit = aanbetaling century = eeuw teach - taught - taught = onderwijzen, leren population = bevolking over = meer dan billion = miljard major = belangrijk inhabitant = inwoner reach = (be)reiken parking space = parkeerruimte,parkeerplaats receive = ontvangen,krijgen memory = herinnering destination = (reis)bestemming charge = vragen,in rekening brengen confirm = bevestigen employee = medewerker groceries = boodschappen lounge = zitkamer collect = ophalen interfere with = belemmeren,hinderen collar = kraag sew = naaien attach = vastmaken iron = strijken operate = bedienen wrap around = winden om shawl = omslagdoek pillow case = kussensloop sculpture = beeldhouwwerk display = tonen trade = verhandelen ignorant = onwetend simply = gewoon eye-opener = openbaring conditions = omstandigheden expoit = uitbuiten,misbruik maken van feel pity for = medelijden hebben met remarkable = opvallend survive = overleven clothing = kleding department = afdeling break = pauze permission = toestemming lose-lost-lost = verliezen catch-caught-caught = vangen,betrappen pay-paid-paid = betalen whether = of handmade = handgemaakt skirt = rok scarf-scarves = sjaal-sjaals art = kunst deliver = bezorgen,leveren Switzerland = Zwitserland cost-cost-cost = kosten countryside = platteland feel-felt-felt = voelen rent = huur earn money = geld verdienen species = soort wipe = wrijven stir = roeren spice = kruid penetrate = doordringen,binnendringen roam = rondzwerven,dwalen cuisine = keuken(soorten eten) trip = reis(je) lower = verlagen boil = koken(water e.d.) stick to = plakken aan eat-ate-eaten = eten influence = beïnvloeden flavour = smaak
Ingezonden op 15-04-2017 - 581x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
17-04-2017
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!