Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Taalpunt NL, deel 1

6 hoofdstuk 6+ grammatica cp

Jaar 1 (vmbo-kgt)

hoe leer je personen in een verhaal kennen?=door hun gedrag,gedachten,gevoelens en uiterlijk
wie zijn de belangrijkste figuren in een verhaal?=de hoofdpersonen
hoe herken je een hoofdpersoon?=zijn of har gedachten en gevoelens worden beschreven
hoe herken je bijfiguren?=hun gedachte en gevoelens worden niet beschreven
wat is een climax?=een opsomming van woorden
hoe vind je de uitspraak van een woord in een woordenboek?=die staat tussen ‹.....›
hoe vind je de klemtoon van een woord in het woordenboek?=er staat een streepje onder die klinker
hoe vind je het meervoud van een woord in het woordenboek?=het staat tussen [...]
waar vind je informatie over een woord in het woordenboek?=het staat achter het woord
wat is een homoniem?=een woord dat meerder betekenissen heeft
baseren=grondvesten
bezwaard=bezorgd
circa=ongeveer
collectief=gezamenlijk
contact=aanraking,verbinding
diagnose=vaststelling van een ziekt of probleem
dilemma=moeilijke keus uit 2 dingen
formuleren=onder woorden brengen
gedogen=toestaan
huichelen=doen alsof
incognito=onder een andere naam
initiatief=aanzet
intensief=sterk
interview=vraaggesprek
magnifiek=schitterend,prachtig
materieel=stoffelijk
nota=rekening
signalement=beschrijving (van een persoon)
sympathie=gevoel van genegenheid
verkwisten=verspillen
onderwerp=waar een tekst over gaat
hoofdgedachte=het belangrijkste wat er over een tekst gezegd word in een zin
hoe vind je een hoofdgedachte in een tekst?=1.bekijk het uiterlijk van de tekst.over welk onderwerp gaat het?2.lees de tekst goed.3.wat is het belangrijkste wat over het onderwerp gezegd wordt?schrijf dat op in een zin
hoofdzaken= belangrijke informatie uit een tekst
bijzaken=minder belangrijke informatie uit de tekst
aanhef=aan wie je iets schrijft,bv.beste Niek,
boodschap=wat je wil zeggen tegen een persoon
slotgroet=waarmee je je brief of kaart eindigt,bv.groetjes,je naam
leenwoorden=woorden die zijn overgenomen uit een andere taal
wanneer worden leenwoorden gebruikt?=als er geen eenvoudig Nederlands leenwoord voor bestaat,als het woord in de mode is,in vaktaal
uitleenwoorden=Nederlandse worden die andere landen gebruiken
hoe vind je de pv?=maak van de zin een vraagzin.het eerste woord van de vraagzin is de pv
hoe vind je het wg?alle werkwooorden opzoeken
hoe vind je het onderwerp?=zoek het wg op.zet wie voor het wg.het antwoord op de vraag is het onderwerp
hoe vind je het lijdend voorwerp?=zoek het wg en het o op.zet wat of wie voor het wg en het o.het antwooord op de vraag is het lv
hoe vind je het mvw?=zoek het wg,o en lv op.stel de vraag:aan wie+wg+o+lv?.het antwooord is het mwv

Ingezonden op 09-06-2017 - 471x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

vb climax=boos-woedend-ziedend
pv=persoonsvorm
wg=werkwoordelijk gezegde=alle werkwoorden in een zin
lv=lijdend voorwerp
o=onderwerp
mwv=meewerkend voorwerp

Deze overhoring is meer dan vier jaar geleden ingestuurd!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere druk en wijkt jouw boek af van de oefening hierboven.

Vakken

Taalpunt NL, deel 1

6 hoofdstuk 6+ grammatica cp