Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Lesexpres Pools
› 3 Bijvoegelijk naamwoord, werkwoorden, vragende zinnen
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Lesexpres Pools
, deel 1
3 Bijvoegelijk naamwoord, werkwoorden, vragende zinnen
Jaar 1 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
welke groepen bijvoeglijke naamwoorden zijn er? (eindigend op...) = y, ki of gi, i overig hoe verbuig je bijvoeglijke naamwoorden eindigend op -y (m,v,o)? = y, a, e hoe verbuig je bijvoeglijke naamwoorden eindigend op -ki of -gi (m,v,o)? = i, a, ie hoe verbuig je bijvoeglijke naamwoorden eindigend op -i maar niet op -ki of -gi (m,v,o)? = i, ia, ie wachten = czekać lezen = czytać kijken, bekijken = oglądać hebben = mieć begrijpen = rozumieć kunnen = umieć weten = wiedzieć eten = jeść werkwoorden uit groep 1 eindigen op ... maar niet op ... , ... , ..., ... = ać, awać, iwać, ować, ywać werkwoorden uit groep 1 verbuigingen (ja, ty, on/ona/ono, my, wy, oni/one) = am, asz, a, amy, acie, ają veel werkwoorden uit groep 2 eindigen op ... = ieć werkwoorden uit groep 2a verbuigingen (ja, ty, on/ona/ono, my, wy, oni/one) = em, esz, e, emy, ecie, eją werkwoorden uit groep 2b verbuigingen (ja, ty, on/ona/ono, my, wy, oni/one) = em, esz, e, emy, ecie, edzą in welke groep zit het werkwoord wachten? = 1 in welke groep zit het werkwoord lezen? = 1 in welke groep zit het werkwoord hebben? = 1 in welke groep zit het werkwoord begrijpen? = 2 in welke groep zit het werkwoord kunnen? = 2 in welke groep zit het werkwoord kijken? = 1 in welke groep zit het werkwoord weten? = 2 in welke groep zit het werkwoord eten? = 2 Wat is het Poolse vraagwoord? = Czy Wie? = Kto? Wat? = Co? Is de jongen klein? = Czy chłopiec jest mały? Wie is klein? = Kto jest mały? Wat is dat? = Co to jest? iemand bezoeken = odwiedzać openen = otwierać luisteren, gehoorzamen = słuchać zingen = śpiewać houden van = kochać zwemmen = pływać sluiten =zamykać
Ingezonden op 10-06-2017 - 628x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
20-06-2017
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!