Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
HandboekMedischeSecretaresse
› 5 Immunologie ziekten en afweer
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
HandboekMedischeSecretaresse
, deel 5
5 Immunologie ziekten en afweer
Jaar 1 (mbo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Medische Microbiologie = Wetenschap die zich bezig houdt met bestudering van micro-organismen die ziekmakend zijn Microbiologie = Bestudering van micro-organismen Medisch = Ziekmakend Of je ziek wordt hangt af van = De ziekteverwekker en je weerstand Immunologie = Wetenschap die zich bezig houdt met de wijze waarop het lichaam in staat is zichzelf te beschermen en terug te vechten tegen indringers Micro-organismen = Bacteriën, virussen, parasieten en schimmels Bacterie heeft = Eigen stofwisseling Bacterie verspreid zich = In lichaam en kan toxinen vormen Toxinen = Gifstoffen Onderzoek van bacterie = Dmv microscoop en kweek, aan de hand van vorm en ligging tov elkaar kun je bepalen welke het is Virus heeft = Geen eigen stofwisseling Virus kan zich = Niet zelfstandig voortplanten, heeft levende cel nodig, door beschadiging van cellen en weefsels Diagnostiek van een virus kan = Alleen aan de hand van ziekteverschijnselen Bij een virus werken = Antibacteriële middelen niet, je afweer moet het doen Sleutel-slot-principe = Elk virus heeft een bepaalde cel nodig Schimmels en gisten leven van = Dode stof, bv hoornlaag huid Schimmels en gisten leven bij = 24-30 graden C, dus meestal oppervlakkig Schimmels en gisten worden gedood door = Anti-mycotische middelen Protozoën zijn = Eencellige parasieten en leven ten koste van hun gastheer, door beschadiging van weefsels kun je ziek worden Toxoplasma gondii = Leeft in uitwerpselen kat, kan ongeboren kind beschadigen Protozoën aan te tonen = In bloed, weefsels of laeces onder de microscoop Besmetting = Wanneer lichaam in contact komt met micro-organismen, hoeft niet tot ziekte te leiden Infectie = Wanneer micro-organisme zich vermeerderen en verspreiden in het lichaam, hierdoor ziekteverschijnselen Incubatietijd = De periode vanaf besmetting en daadwerkelijk krijgen van ziekteverschijnselen Afweer = De mogelijkheden van het lichaam micro-organismen uit te schakelen De afweersterkte wordt = Voornamelijk bepaald door de functie van de fagocyterende granulocyten en door de antistofproductie van de lymfocyten Immuniteit = Niet meer vatbaar zijn voor Immuniteit is = Een toestand waarbij het lichaam immuun is voor een bepaalde ziektekiem, omdat het lichaam reeds antistoffen ertegen bezit en snel kan aanmaken Actieve immunisatie door = Inenting kan men met opzet immuun gemaakt worden tegen een specifieke ziekte kiem. Bij vaccinatie worden = De lichaamsvreemde eiwitten van verzwakte of dode kiemen ingespoten, zodat de lymfcellen geactiveerd wordt. Passieve immunisatie wordt = Toegepast bij sommige ernstige ziekten, door antistoffen, die niet door het lichaam eigen, maar een ander lichaam geproduceerd, te injecteren Besmettingswegen zijn = Direct of indirect Directe besmettingswegen = Via direct lichamelijk contact Indirecte besmettingswegen = Via voedsel, lucht en water Porte d’entrée = Micro-organisme moet via de juiste weg binnen komen om ziek te maken Port d’entrée vier manieren = Enteraal, aërogeen, hematogeen, cutaan Enteraal = Via spijsverteringskanaal Aërogeen = Via luchtwegen Hematogeen = Via bloed Cutaan = Via huid en slijmvliezen Ontsteking = Lokale reactie van het lichaam op weefselbeschadiging, waardoor ziekteverschijnselen Oorzaken ontsteking = Micro-organismen, verbranding, allergie, chemische stoffen, wonden Ontstekingsreactie lichaam kenmerken = Rubor, calor, dolor, tumor, functio laesa Rubor = Roodheid Calor = Warmte Dolor = Pijn Tumor = Zwelling Functio laesa = Gestoorde functie, van het ontstoken lichaamsdeel Totale ontstekingsreactie bij weefselbeschadiging = Acuut of chronisch Acute ontstekingsreactie = Ineens opvlammend, gaat over Chronische ontstekingsreactie = Kan opvlammen, maar blijft bestaan Algemene symptomen weefselbeschadiging = Koorts, malaise, lusteloosheid, eetlustvermindering, versnelde pols Activatie afweercellen in bloed en beenmerg = Directe en indirecte afweer Directe afweer = Niet specifiek, bacterie wordt door witte bloedlichaampjes opgegeten Indirecte afweer = Specifiek, dmv vaccinatie of doordat je zelf ziekte al hebt gehad, waarvoor je zelf antistoffen hebt aangemaakt Abces = Pusvorming in een niet eerder bestaande holte Empyeem = Pusvorming in een natuurlijke lichaamsholte Manieren afweer = Uitwendig en inwendig Uitwendige afweer = Mechanisch en biologisch Mechanische afweer = Door huid, slijmvliezen en trilharen Biologische afweer = Door lage temperatuur huid, lage pH huid, speeksel, lage pH maag, afweerweefsel in keel en darmen, lage pH vagina Inwendige afweer = Specifiek en niet-specifiek Specifieke afweer door = Granulocyten, monocyten, macrofagen door fagocytose Niet-specifieke afweer door = B-lymfo, humorale immuniteit door productie van antilichamen en T-lymfo, cellulaire immuniteit, door fagocytose Fagocytose = Het opeten, verteren en onschadelijk maken van bacteriën, virussen, vreemde eiwitten, schimmels en stofdeeltjes Hoe werkt fagocytose = Macrofagen fagocyteren, direct een antigeen, geven deze informatie door aan T- en B-lymfocyten die geheugencellen vormen en indirect antistoffen produceren Als lymfocyten opnieuw in aanraking komen = Met hetzelfde antigeen, vormen ze direct antistoffen Hoe infecties voorkomen 1 = Bevorderen van goede gezondheid, door hygiëne en steriliteit. Hygiëne en steriliteit = Door besmettingsbronnen verminderen en besmettingswegen blokkeren Hoe infecties voorkomen 2 = Door antimicrobiële middelen en specifieke afweer bevorderen of ondersteunen Antimicrobiële middelen = Micro-organismen doden of hun groei blokkeren door antibiotica Antibiotica kan resistentie veroorzaken = Natuurlijk of verworven door bv te kort gebruik van antibiotica, bacterie wordt ongevoelig voor antibiotica Specifieke afweer bevorderen of ondersteunen door = Vaccinaties en in acute situaties kun je antilichamen toedienen Antisera = Antilichamen Infectie is een ziektebeeld = dat door meer dan één micro-organisme kan worden veroorzaakt Infectieziekte = Ziektebeeld met symptomen die bij iedereen in meer of minder mate aanwezig zijn, maar alleen kan worden veroorzaakt door één bepaald micro-organisme Bacteriemie = Tijdelijk aanwezig zijn van een bacterie in de bloedbaan Scepsis = Wanneer bacteriën in bloed zich gaan vermenigvuldigen, geeft hoge koorts en heftig ziek zijn, is levensbedreigend Wanneer ziekenhuisinfecties = Infecties die ten minste 48 uur na opname optreden Oorzaak ziekenhuisinfecties 1 = Via andere zieke mensen, voorwerpen of medisch personeel Oorzaak ziekenhuisinfecties 2 = “Normale” micro-organismen komen op plaatsen waar ze normaal niet komen agv medische ingrepen Oorzaak ziekenhuisinfecties 3 = Antibiotica verstoren het evenwicht Patiënten lopen extra risico 1 = Bij algemene weerstandsvermindering Patiënten lopen extra risico 2 = Bij gebruik van bepaalde geneesmiddelen die de afweer verminderen Patiënten lopen extra risico 3 = Bij verbreken van mechanische of biologische barrières Weerstandsvermindering door = Bv suikerziekte, slechte voedingstoestand, immunodeficiëntie Immunodeficiëntie = Verslechtering van immuniteit, afweer Mechanische en biologische barrières door = Bv operatie, cathether, infuus, intubaties
Ingezonden op 18-06-2017 - 1111x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
22-06-2017
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!