Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
EngelsRose
› 78 + 79 + 80 Financial Matters
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
EngelsRose
78 + 79 + 80 Financial Matters
Jaar 6 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
resources = middelen to allocate = toewijzen budget = begroting to curb = beperken matter = zaak to borrow (from) = lenen (van) to lend (to) = lenen (aan) loan = lening interest = rente rate = tarief bill = rekening to owe = schuldig zijn amount = bedrag; hoeveelheid wealth = rijkdom wealthy = rijk to inherit = erven inheritance = erfenis legacy = erfenis heir = erfgenaam heiress = erfgename cash machine = geldautomaat cashpoint/ ATM = geldautomaat back card = pinpas PIN = pincode to bargain/ to haggle = afdingen to charge = rekenen free/free of charge = gratis to gamble = gokken account = rekening (bank) to invest = investeren purse = portemonnee reward = beloning to reward = belonen to contribute = bijdragen contribution = bijdrage currency = munteenheid foreign currency = buitenlands geld to exchange/ to change = wisselen (geld) exchange rate = wisselkoers allowance = toelage economic = economisch economical = zuinig to economise = bezuinigen cutback/cut = bezuiniging to purchase = kopen mortgage = hypotheek to take for granted = als vanzelfsprekend aannemen to waste = verspillen waste = verspilling poverty = armoede deposit = aanbetaling to afford = zich veroorloven debt = schuld liable for = aansprakelijk voor to go bankrupt/ to go broke = failliet gaan to go bust = failliet gaan bankruptcy = failliesement setback = tegenslag from scratch = vanaf het begin value = waarde valuable = kostbaar; waardevol valuables = kostbaarheden to beg = bedelen beggar = bedelaar generous = gul; vrijgevig to deduct = aftrekken to transfer (into) / to remit (into) = overmaken (naar); overboeken (naar) to boil down to = neerkomen op to maintain = onderhouden maintenance = alimentatie proceeds = opbrengst auction = veiling to play down = bagatelliseren quest = zoektocht to soar/ to rocket = omhoogschieten to cash in (on) = financieel profiteren (van)
Ingezonden op 08-09-2017 - 233x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!