Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Oxford.3000
› 1
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Oxford.3000
hoofdstuk 1
Jaar 3 (Gymnasium)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
a, an=een take action=iets doen afterwards=naderhand; daarna alternatively=anders; respectievelijk any=(in) enig(e) (mate) arrival=aankomst attractive=aantrekkelijk bargain=koopje belt=gordel; gebied boat=boot bright=schitterend; fel calm=kalmeer; rustig(e category=categorie cheek=wang climate=klimaat command=bevelen; bevel confidence=(zelf) vertrouwen continuous=onafgebroken county=departement; graafschap cultural=culture(e)l(e) dear=lieve; beste deposit=aanbetaling difficult=moeilijk display=laten zien; tentoonstelling dress=kleding; jurk; aankleden effect=gevolg; effect unemployment=werkloosheid equipment=Apparatuur; uitrusting excited=opgewekt; enthousiast extremely=uiterst faucet=kraan fire=vuur; vuren forever=altijd fry=bakken genuinely=oprecht; echt gram=gram handle=omgaan met; handvat hers=van haar hot=warm; heet immediately=onmiddellijk indoor=binnen(shuis) intelligence=verstand; begrip its=zijn kilometre=kilometer laugh=lachen / schateren lightly=licht(jes); luchtig loosely=losjes; vaag manager=manager; chef medical=medisch; geneeskundig minority=minderheid; minderjarigheid moving=bewegend; ontroerend neck=nek; hals northern=noordelijk office=kantoor origin=oorsprong; (begin)punt; herkomst pants=broek perfect=perfect; volmaakt pint=pint; glas bier polite =beleefd; beschaafd predict=voorspellen probable=vermoedelijk; waarschijnlijk provided=op voorwaarde race=ras; race recently=onlangs relief=opluchting resource=hulpbron river=rivier safety=veiligheid season=seizoen set=stel; shopping=winkelen sir=meneer socially=gezellig; vriendelijk specific=specifiek status=status; aanzien strict=streng; strikt suggestion=suggestie; voorstel swell=(op)zwellen technique=techniek; vaardigheid think=denken together=samen transport=transport; vervoer umbrella=paraplu unlucky=ongelukkig variation=Variatie; verscheidenheid wallet=portemonnee whatever = wat/welke ook winner = winnaar yard = yard; terrein
Ingezonden op 25-09-2017 - 518x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Als er foutjes in zitten hoor ik het graag
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!