Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
FransIdioom4
› 15 H15/16
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
FransIdioom4
15 H15/16
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
marquer un but = een doelpunt scoren consister à = bestaan uit faire le tour = om heen lopen persister à= blijven / volharden in deviner = raden remplier = invullen / vullen aménager = inrichten tailler = snoeien / snijden insister = aandringen attaquer = aanvallen franchir = overgaan / overschrijden combattre = bestrijden supplier = smeken remettre = overhandigen renoncer à = afzien van s'échapper = ontsnappen / ontvluchten / vluchten recourir à = zich wenden tot persuader = overtuigen manier = hanteren / omgaan met parvenier à = lukken / slagen in précéder = voorafgaan partager = delen attacher = vastmaken disparaître = verdwijnen se maquiller = zich opmaken briser = inslaan/ breken rejoindre = zich voegen bij intervenier = tussenbeide komen / ingrijpen veiller à = ervoor zorgen / waken céder = afstaan rétablir = herstellen amener = meenemen / meebrengen piloter = besturen / sturen démarrer = starten gravir = klimmen extraire = uittrekken / trekken accéder à = toegang hebben tot user/ user de = gebruiken maintenir = handhaven priver de = ontnemen h16 faire la grève = staken le chômage = de werkloosheid le licenciement = het ontslag le comite d'entreprise = de ondernemingsraad livrer = leveren la rémunération = de honorering le métier = het beroep le chantier naval = de scheepswerf un employeur = een werkgever l'échange = het verkeer / de uitwisseling empêcher = verhinderen / beletten la gamme = het assortiment / het productassortiment une implantation = een vestiging un cadre = een leidinggevende / een staflid établir = vestigen temporaire = tijdelijk / voorlopig le traitement de textes = de tekstverwerking l'outil = het gereedschap les heures supplémentaires = de overuren embaucher = in dienst nemen infernal = hels pénible = zwaar / moeilijk le successeur = de opvolger un couturier = een modeontwerper un esclave = een slaaf la revendication = de eis satisfaire à = voldoen aan à mi-temps = voor halve dagen postuler = solliciteren le smicard = de minimumloner la préretraite = de VUT le syndicat = de vakbond cotiser = contributie betalen / bijdragen un artisan = een ambachtsman / een handwerkman prévoir = voorzien / voorspellen entrer en vigueur = van kracht worden un comptable = een boekhouder une agence immobilière = een makelaarskantoor la chaîne = de lopende band le plain-emploir = de volledige werkgelegenheid
Ingezonden op 07-12-2017 - 527x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
05-02-2018
.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!