Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Rechtsfilosofie
› 4 Hoorcollege 4
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Rechtsfilosofie
4 Hoorcollege 4
Jaar 1 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Wat is de preambule van het EVRM? = “Overwegende, dat erkenning van de inherente waardigheid en van de gelijke en onvervreemdbare rechten van alle leden van de mensengemeenschap grondslag is voor de vrijheid, gerechtigheid en vrede in de wereld” Wat is artikel 1 van het UVRM? = “Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen.” Wat is artikel 22 van het UVRM? = “Een ieder heeft als lid van de gemeenschap recht op maatschappelijke zekerheid en heeft er aanspraak op, dat door middel van nationale inspanning en internationale samenwerking, en overeenkomstig de organisatie en de hulpbronnen van de betreffende Staat, de economische, sociale en culturele rechten, die onmisbaar zijn voor zijn waardigheid en voor de vrije ontplooiing van zijn persoonlijkheid, verwezenlijkt worden.” Noem een beroemde casus bij waardigheid? = Meneer Wakkenheim, begin 21e eeuw. Hij is een dwerg en dwergen hebben vaak moeite met het vinden van een baan. Hij liet zichzelf gooien als werd bij een circusachtige setting bij dwergwerpen. De burgermeester vond dit in strijd met de waardigheid en vocht dit aan. De dwerg beriep zich op het volentie principe: aan degene die wil kan geen onrecht aan worden gedaan. Hiervan zei Wakkenheim dat dit ook voor hem geldt. Het komt uiteindelijk bij het Europees hof. De burgemeester zegt dat het schending van mensenrechten is. Het EHRM gaf de burgemeester gelijk. Dat is heel bijzonder dit is een beroemde casus bij menselijke waardigheid. Zelfs als ik het ben die het betreft ben ik niet volledig vrij de activiteit te ondernemen en vooral in het publieke domein. Een tweede voorbeeld: 9/11: als iets 1x in de geschiedenis gebeurt kan het herhaald worden. Er zijn altijd wel mensen die het na willen doen. Duitsland maakte in 2006 een luchtbeveiligingswet. In het kader van die mogelijke dreiging heeft de minister van binnenlandse zaken in uiterste nood of in laatste instantie om het vliegtuig neer te schieten. In Duitsland is die wet er niet meer, omdat een aantal het in strijd vond met de menselijke waardigheid. Want de eerste bepaling van de Duitse grondwet is bescherming menselijke waardigheid en dat moet je altijd beschermen. Het constitutionele Hof zegt dat die wet inderdaad in strijd is met de grondwet. De passagiers in dat vliegtuig worden gebruikt als middel om een ander doel te bereiken: voorkomen van groter onheil beneden. Het recht op hun leven wordt opgeofferd voor een ander doel. Kant zou het hier niet mee eens zijn. Je zou kunnen zeggen: moet je niet kijken naar de hoeveelheid slachtoffers. Utilisten: dat is toch een kwestie van een rekensommetje maken. Kiezen tussen 200 mensen in het vliegtuig of 20.000 in het stadion. Utilisme: handelingen gericht op maximaliseren van het welzijn. Het is in strijd met dat je als overheid mensen niet louter als instrument mag gebruiken (Kant) instrumentaliseren. Menselijke waardigheid is een belangrijk begrip. Universele verklaring van de rechten van de mens: menselijke waardigheid komt er drie keer in voor. En dan zie je dat ze zich niet uitlaten over de verhouding van waardigheid en individuele rechten. De dwerg dacht dat die waardigheid bestaat in die rechten en als hij daar voor kiest het zijn recht is om dat te doen. Er is een soort hiërarchisch verband tussen waardigheid en rechten. De waardigheid staat boven de individuele rechten preambule UVRM. Waar zie je de waardigheid van de mens terug in het UVRM? = In de preambule, in artikel 1: ook hier zie je geen hiërarchie. ‘En’ is nevenschikkend geformuleerd. Een jurist zou ook zeggen dat het niet hetzelfde s, want anders hoef je het niet twee keer te zeggen. Artikel 22: We zijn nu achteraan in de verklaring (30 artikelen). Waardigheid is geen klassieke mensenrecht, maar die andere. Er wordt een brug gelegd. Een jurist zou zeggen dat het heel interessant is dat waardigheid steeds vooraan staat. Het is historisch heel belangrijk dat de waardigheid in de sociale en economische rechten weer terugkomt (want vroeger was er niet veel waardigheid bij werknemers). Is de waardigheid de basis van de mensenrechten of is het een speciaal recht? = Dat zegt het UVRM niet. Waarom is men begonnen het begrip waardigheid in te voeren en waarom is het zo belangrijk? = Toen het UVRM gemaakt werd, was het een bescherming van de barbaarse handelingen uit de tweede wereldoorlog. Waar komen mensenrechten vandaan? = Van God? Hier heeft men geprobeerd een seculiere grondslag te vinden voor het UVRM: waardigheid. Seculier: niet religieus. Je zou kunnen zeggen dat we in een seculiere samenleving leven, maar is onze God seculier? = Hangt af van hoe je het ziet. De geschiedenis van de menselijke waardigheid heeft drie stadia. Wat is het antieke begrip van waardigheid? = In de antieke tijd is waardigheid heel erg verbonden met status en eer. Respect en gerespecteerd worden. Je moet eigenlijk aan dissen denken: diskwalificeren, geen respect tonen. Vaak verbonden met bepaalde functies, met name de staat. Als rechters binnenkomen, moet iedereen gaan staan. Bijv. burgemeester waardigheid ambt aantasten, integriteit. Die waardigheid geldt voor sommigen, niet voor iedereen. Het is verbonden aan een bepaalde status. Die status kun je ook weer verliezen. De geschiedenis van de menselijke waardigheid heeft drie stadia. Wat is het klassieke begrip van waardigheid? = We denken dan aan verhevenheid. Het is verbonden met het mens zijn als zodanig. Geldt voor alle mensen , universeel. Verbreding. We vinden het bij Cicero en bij Hugo de Groot. We vinden dit en het antieke begrip beiden nog terug. Honeste vive: leef op een eerlijke manier. Kan ook verloren gaan: we moeten het begrip waardigheid niet beperken tot mensen maar ook dieren. Mensonwaardig komt hier vandaan. Dier onwaardig komt langzaam op. Mens is niet uniek in het geheel. De geschiedenis van de menselijke waardigheid heeft drie stadia. Wat is het moderne begrip van waardigheid? = Ook universeel, verbonden met rechten en plichten. Het is een aanduiding van een innerlijke kern. Het wordt ontologisch (als zijnde van de mens). Het is nog steeds verbonden met de sociale plaats van mensen van de natuur. Het kan niet verloren gaan (wat iemand ook doet). Deze begrippen overlappen elkaar. Het gaat hier ook gepaard met verplichtingen naar anderen. Mensen hebben waardigheid en dat betekent dat ze alleen maar op een bepaalde manier behandelt mogen worden. De rechter van de turncoach had er moeite mee, die vond dat hij zijn waardigheid was kwijtgeraakt. Van wanneer tot wanneer leefde Immanuel Kant? = Van 1724 tot 1804. Hoe wordt Kant gezien? = Als vader van het moderne begrip van de waardigheid en als grootvader van de universele verklaring van de rechten van de mens. Waar zie je Kant in terug in de Duitse grondwet? = Artikel 1: ‘Die Wuerde des Menschen ist unantastbar; Sie zu achten und zu schuetzen ist Verpflichtung aller staatlichen Gewalt’ Wat is het categorisch imperatief bij Kant? = Sommige ethische geboden/verplichtingen zijn altijd geldig. Bijv. dat je niet mag liegen. Onvoorwaardelijk gebod. Een handeling is goed als je handelt volgens maxime: (grondregel) die universeel gemaakt kan worden. Als iedereen zo zou handelen als ik? Kunnen anderen mijn maximes aanvaarden. Tweede formulering: de mans altijd als doel en nooit alleen als middel. Hoe denkt Kant over de mens als doel of middel? = De mens mag nooit alleen als middel worden gezien, enkel als doel. “De mens en in het algemeen elk redelijk wezen bestaat als doel op zichzelf, niet slechts als middel voor een willekeurig gebruik door deze of gene wil. De mens moet in al zijn handelingen, of die nu gericht zijn op zichzelf dan wel op andere redelijke wezens, altijd tegelijk als doel beschouwd worden.” Uit welke twee dingen bestaat de wereld volgens Kant? = Mensen met een waarde en andere dingen met een prijs. De prijs wordt bepaald door de markt (vervangbaarheid). Dat wat niet in prijs kan worden uitgedrukt heeft een waarde. Heeft Kant gelijk? Misschien een beetje. Er zijn allerlei voorbeelden te geven waarbij het in de praktijk niet is vol te houden. Wat is ethiek? = Hoe moeten wij als mens en als burger leven? Hoe moeten wij ons gedragen ten opzichte van elkaar? Welke twee antwoorden zijn er op de vraag hoe we moeten leven of hoe we dienen te handelen? = Het utilisme: ethische stroming moreel criterium om te handelen is het grootst mogelijke nut voor de grootst mogelijke groep mensen. We doen voortdurend wat het utilisme zegt. Als je een maatregel neemt moet je kijken naar de consequenties en kijken of het het grootste geluk voor de grootste groep oplevert. Het tweede antwoord: Niet de gevolgen van de handeling bepalen of het goed is (niet de consequenties) maar het motief van de handelingen. Naar de intentie kijken om te bepalen of het goed is om te handelen: categorisch imperatief van Kant. Het zit meestal tussen het utilisme en Kant in. Dit past het beste bij het UVRM.
Ingezonden op 01-06-2018 - 1292x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!