Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Antieke en moderne retorica
› 5 College 5
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Antieke en moderne retorica
5 College 5
Jaar 2 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Wat is het genre van de redevoering Cicero tegen Catalina? = Politiek, want het is in het senaat. Er is een probleem, er worden tegenargumenten gegeven. Rechtspraak, want er wordt iemand iets ten laste gelegd. Er wordt ook gescholden en dat is het ceremoniële genre: tegenovergestelde van lofrede. Waar wordt geargumenteerd tegen tegenargumenten? = Catalina moet op eigen houtje weggaan en al zijn vrienden meenemen, want dan gaat de hele ziekte weg en de haat. Wat wil Cicero bereiken? = Aantonen dat Catalina gevaarlijk is en zijn eigen handelen rechtvaardigen. Het is nog steeds niet helemaal bewezen dat Catalina samenzweert. Pas later komt er echt hard bewijs. Het grote gedeelte van de redevoering is om Catalina te laten bekennen. Hij zoekt evenwicht in laten zien dat hij alles in de gaten heeft, maar dat Catalina wel echt gevaarlijk is. Welk voorbeeld van autoriteit kun je vinden in de redevoering van Cicero tegen Catalina? = ‘Ik heb alles in de gaten, maar ik vind dit een groot probleem, dus het is een groot probleem.’ ‘Tegen de senaat in gaan is tegen de goden in gaan.’ Catalina zit eigenlijk in de senaat, maar er wordt geïmpliceerd dat hij er niet meer bij hoort. Hij wordt nooit als senator genoemd. De bankjes rondom hem zijn leeg. Welk voorbeeld van waarschijnlijkheid kun je vinden in de redevoering van Cicero tegen Catalina? = Bladzijde 208: ‘Durft u te ontkenning, waarom zwijgt u anders?’ Stress bij iemand verhogen. En de mensen om hem heen laten zien dat Catalina geen weerwoord heeft. Hij heeft al eerdere pogingen ondernomen, dus waarschijnlijk weer. Het is toepasbaar, gewicht, pathos. Of het feitelijk is, is niet zeker. Wat is de nestoriaanse opstelling van argumenten? = Je begint met hele sterke argumenten. Hoe meer argumenten je hebt, hoe beter. De zwakke argumenten wel noemen maar in het midden. Je eindigt ook weer met sterke argumenten. Welk voorbeeld van waarde kun je vinden in de redevoering van Cicero tegen Catalina? = Blz. 110 al. 22 en 23: hij noemt wat Catalina allemaal misdaan heeft en daarna dat ze het er niet meer over gaan hebben. Welk voorbeeld van voorbeelden kun je vinden in de redevoering van Cicero tegen Catalina? = Voorbeelden: Blz. 206 al. 4: ‘Wat onrust’ dat afzwakken maakt de misdaad van Catalina groter. (ook analogie?) Bij Gracchus waren er dagen rellen dus dat was veel meer dan wat onrust. Wat Catalina deed was veel erger, maar door dat van Gracchus af te zwakken is vals spelen. Welk voorbeeld van analogie kun je vinden in de redevoering van Cicero tegen Catalina? = Blz. 211 al. 27: als mijn … te verlaten. Welk voorbeeld van ethos kun je vinden in de redevoering van Cicero tegen Catalina? = Cicero zet ethos veel in om te laten zien dat hij redelijk en niet haatdragend is en dat als het aan hem ligt Catilina niet ter dood veroordeeld wordt. Hij zal er zelf last van krijgen, van de roddels en de haat die over hem heen zal hangen, maar voor de staat is het beter. Het executeren of het in ballingschap sturen van Catilina is in het algemeen belang en daarom zal Cicero het er voor over hebben als hij er zelf last van heeft, want de staat is voor hem belangrijker dan zijn eigen leven. En ook dat hij zelf wel sterk genoeg was om Catilina te verslaan en in de gaten te hebben, waardoor zijn aanslagen niet zijn gelukt. In het begin begint hij ook met ‘wij’ waardoor hij zichzelf bij het publiek zet. Een paar voorbeelden: 1. ‘…, dat mijn vaderland, dat mij veel dierbaarder is dan mijn eigen leven,…’ blz. 215 alinea 39. 2. ‘Als u door mijn woorden er toe gebracht wordt in ballingschap te gaan, zullen zich overigens wolken van haat boven ons hoofd samenpakken, zo niet meteen, door de verse herinnering aan uw misdaden, dan wel in de nabije toekomst – dat besef ik al toe goed! Maar dat is het mij waard, zolang die ellende alleen mij aangaat en geen gevolg heeft voor de staat.’ Blz. 213 alinea 33. 3. ‘De aanslagen die u op mij deed toen ik nog niet als consul in functie was, heb ik gepareerd, niet met soldaten, maar met een privé-lijfwacht. Toen u bij de conusverkiezingen van dit jaar op het Marsveld mij en uw mededingers wilde doden, heb ik uw misdadige pogingen getorpedeerd met gewapende hulp van vrienden, zonder de noodtoestand af te kondigen; kortom, telkens als u mij aanviel, heb ik op eigen kracht tegenstand geboden, hoewel ik inzag dat mijn dood een ramp voor de staat zou hebben betekend.’ Blz. 209 en 210 alinea 19. Aantekeningen: Cicero is betrouwbaar en Catalina niet. Cicero wil zelfs in zijn nadeel handelen voor de staat. De negatieve ethos gaat richting haat zaaien, richting pathos. De positieve ethos is wel volgens het boekje. Senaat is meest eerbiedwaardige en gezaghebbende college. In het begin een beetje als zwak, maar omdat hij ‘wij’ zegt, komt hij er mee weg. De senaat kan heel veel meer, maar doet niet zo veel. Welk voorbeeld van pathos kun je vinden in de redevoering van Cicero tegen Catalina? = Door te benoemen hoe bang het volk is en dat het volk ook bang zou moeten zijn en ook het bang maken van het publiek. 1. ‘De patrouilles in de stad, die angst van het volk, die zeggen u niets?’ Blz. 206 alinea 1. ‘Met de dag neemt het aantal vijanden van de staat toe.’ Blz. 207 alinea 8. Aantekeningen: Emoties worden opgeroepen, bedreiging, woede, verontwaardiging, schuld: er moet actie worden ondernomen, afkeer/walging. Negatieve emoties opwekken is veel makkelijker dan positieve emoties oproepen. Welke Loci Communes vindt je in de redevoering van Cicero tegen Catalina? = 1. De negende locus is terug te vinden op bladzijde 206 alinea 4. Er worden voorbeelden gegeven van mensen die ook ter dood veroordeeld zijn. Hij begint met Tiberius Gracchus die wat onrust bracht. Hij had niet eens een politieke functie en wat hij had gedaan was dus veel minder erg dan wat Catilina gedaan heeft, maar hij is ter dood veroordeeld. Daarom zou Catilina ook ter dood veroordeeld moeten worden. ‘Toen Tiberius Gracchus wat onrust in de staat bracht, heeft Publius Scipio – hij was toen pontifex maximus, maar bekleedde geen politieke functie – hem ter dood laten brengen.’ 2. De eerste locus is terug te vinden in alinea 15 op bladzijde 208 en 209. De autoriteit waar hij een beroep op doet zijn de goden: ‘O onsterfelijke goden! Waar ter wereld zijn we toch? Wat voor republiek hebben we? In wat voor stad leven wij? Hier, hier in ons midden, heren senatoren, in dit eerbiedwaardigste en strengste college ter wereld, zijn er lieden die spelen met de gedachte ons te doden, die denken aan de vernietiging van deze stad en zelfs van de gehele wereld. Ik, de consul, zie hen met eigen ogen, ik vraag hun politieke mening.’ En in alinea 18 bladzijde 209: ‘De onsterfelijke goden, Jupiter Stator met name, vanouds de hoeder van deze stad, moeten wij danken, omdat wij zo dikwijls zijn ontsnapt aan dit verschrikkelijke, afschuwelijke en staatsgevaarlijke monster. Het welzijn van de staat moet niet nog eens afhankelijk zijn van het leven van één man.’ En nog heel duidelijk op bladzijde 215 alinea 40: ‘Maar heel vaak hebben in onze staat zelfs ambteloze burgers misdadigers met de dood bestraft.’ 3. De achtste logos zou je misschien terug kunnen zien op bladzijde 214 alinea 35: ‘Tot hem hebt u uw gebeden gericht, wanneer u uiting om te moorden; van zijn altaar vertrok vaak uw goddeloze rechterhand om burgers af te slachten.’ Het weerloos zijn wordt niet echt benoemd, maar het komt wel naar voor dat het om onschuldige burgers gaat. Aantekeningen: 1e Locus: blz. 207 weten we nog als senaat. 7e locus: welke smet kleeft aan. Wat gebeurd er na de redevoering van Cicero tegen Catalina? = Catalina staat op en loopt hij weg en sluit zich aan bij die ene die Cicero noemt. Hij doet dus wat Cicero zegt. Hij komt daar wel om. Met Cicero loopt het ook slecht af.
Ingezonden op 14-06-2018 - 1123x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!