Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Hedendaagse politieke filosofie
› 13 College 13
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Hedendaagse politieke filosofie
13 College 13
Jaar 2 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Waar zie je mondiale rechtvaardigheid al terug? = Het wordt nu steeds belangrijker. Bij Seneca van de Stoa zag je het al terug. Hij zei dat we in twee gemeenschappen leven: eigen gemeenschap en de gemeenschap van de mensheid. Verder is het vooral van de moderne tijd. Dat idee van morele betrokkenheid op de hele mensheid wordt als eerst geformuleerd in de klassieke filosofie onder andere Seneca. Het idee van de mensheid pakt Emmanuel Kant op en verwerkt het in zijn respect: onafhankelijk van alle empirische kwaliteiten van de ander. Je hoeft niets te doen of te laten om dat respect te hebben. Je hebt recht op respect. Mensen zijn redelijke en rationele wezens. Kenmerkend van die redelijkheid is dat mensen hun eigen doelen formuleren. Mensen hebben een horizon, doelen, projecten en opvattingen. Mensen mogen nooit alleen als middel worden behandelt, alleen als doel op zichzelf. Zie je mondiale rechtvaardigheid ook terugkomen bij Rawls? = Die gedachte van het respect van Kant zien we terugkomen in de oorspronkelijke positie van Rawls, wat een vertaling is van het idee dat respect iets is wat je verdient los van al die empirische eigenschappen. Het doet er niet toe van wat voor ras je bent, je gender, wat je gedaan hebt. Je beschouwd elkaar als gelijkwaardig. Dat is wat bij die gedachte van de oorspronkelijke positie vandaan komt. Het gekke is dat de theorie van de oorspronkelijke positie niet gebruikt is voor kosmopolitisme, maar voor verdeling van goederen en dat is heel opvallend. Dat rechtvaardigheid heel vaak wordt gezien dat zich binnen een samenleving afspeelt en binnen een samenwerkingsverband. Ralws gaat er vanuit dat de staatals gesloten systeem moet worden gezien. Een geïsoleerde, politieke identiteit. Dat is het uitgangspunt van A Theory Of Justice en dat is heel typerend voor een generatie van politieke filosofie die de samenleving beschouwen als een geheel van autonome staten die wel een beetje met elkaar te maken hebben, maar zelfstandig zijn. Later heeft Rawls ook wel nagedacht over internationale rechtvaardigheid: The Law Of Peoples. Het gaat om de uitgangspunten van A Theory Of Justice die heel kenmerkend en typerend zijn voor een hele generatie van politieke filosofen. Hoe komt het dat theoretici geneigd zijn de staat een gesloten plek te geven? = Dat komt omdat de staat wordt gezien als samenwerkingsverband. Dat samenwerken levert voordelen op en het ligt helemaal niet voor de hand dat wij die voordelen delen met mensen van buiten. Ook niet omdat we allemaal plichten en lasten dragen voor die samenwerking. We moeten die voordelen eerlijk onder elkaar verdelen. Dat is A Theory Of Justice. Het is helemaal niet zo dat een deel wordt uitgebuit, maar het ligt niet voor de hand dat de voordelen ook worden verdeeld onder buitenstaanders. Er wordt dus vooral gekeken naar wat doet die staat. De premisse is de veronderstelling dat die staat onderling en de wereld als geheel dat dat niet gezien kon worden als een samenwerkingsverband. Het is precies die veronderstelling dat bepaalde filosofen aanvechten. Sommige vragen zijn interdisciplinair ook binnen een discipline. Hoe denkt Beitz over mondiale rechtvaardigheid? = We moeten volgens hem gaan nadenken over rechtvaardigheid op mondiaal niveau. Het kan niet zo zijn dat voordelen exclusief bij een bepaalde groep van die samenleving terecht komt. Als we akkoord gaan met de vaststelling dat er sprake is van internationale samenwerking en dat die economie een internationaal karakter heeft gekregen, dan moeten we gaan nadenken over hoe we die voordelen eerlijk verdelen en dan moeten we gaan nadenken over een mondiaal sociaal contract. We moeten er dan in staan op een onpartijdige manier. Natuurlijk hebben veel westerse landen baad bij ongelijkheid, dat is evident. Maar het gaat niet over belangen, maar over rechtvaardigheid. Als je een oorspronkelijke positie bedenkt waarin je er vanuit gaat dat de onderhandelaars niet weten wie ze zijn, maar ook niet weten tot welk land ze behoren en je laat ze nadenken over hoe je verdeelt tussen landen, dan kom je uit op een mondiaal verschil beginsel. Rawls die hier de inspiratie van is, is het er niet mee eens. Hij zegt dat het een liberaal model is die je niet aan de hele wereld op kunt leggen. Landen moeten alleen noodhulp geven. Welk onderscheid tussen rechtvaardigheid is er volgens Beitz? = 1. Sociaal liberalisme: gefocust op staten. 2. Kosmopolitisch liberalisme: gefocust op individuen en hun rechten. Welke twee varianten zijn er van kosmopolitisme (wereldburgerschap)? = 1. Cultureel kosmopolitisme: geïnteresseerd in culturen. Reizen, stellen identiteit samen uit allerlei culturele bronnen. Geïnteresseerd zijn in de ander. Eenheid en voorspelbaarheid is saai. Geïnteresseerd in contact in plaats van uniformiteit. 2. Moreel kosmopolitisme: normen van rechtvaardigheid moeten gelden, los van grenzen. Grenzen doen er niet toe en moreel gezien zijn ze irrelevant. Beitz weet ook wel dat er staten zijn en dat die niet genegeerd kunnen worden. Beitz maakt duidelijk dat we het hebben over economische rechtvaardigheid. (We gaan het over moreel kosmopolitisme hebben). Wat zijn de empirische vaststellingen van Beitz in 1999? = 1. Mondiale gelijkheid: wel recent: 1% van de wereldbevolking bezit de helft van de welvaart. Pogge: ongelijkheid neemt voortdurend toe en neemt niet af. Het wordt niet beter. Zelfs al zou het hetzelfde blijven, de ongelijkheid is enorm. 2. Je moet aantonen dat er internationale afhankelijkheid is. Toenemende internationale afhankelijkheid: internationaal kapitaal en goederen stromingen, wat je koopt op internet, etc. Economische crisis 2008: die begint op een bepaalde plek en als een bosbrand wordt de hele mondiale economie erin mee getrokken. Dat is een symptoom van afhankelijkheid. 3. Internationale instituties: we kunnen denken aan de VN, NAVO, etc. De basisstructuur beperkt zich niet meer tot een land. 4. Opkomende mondiale civiel society: vrijwilligersorganisaties zijn vaak ook internationaal, zoals het rode kruis. Dat betekent dat we moeten gaan nadenken wat een rechtvaardige verdeling van welvaart is die betrekking heeft op de wereld en niet op een land en daar moeten we over na gaan denken, omdat er enorme armoede is. Wat is het verschil tussen sociaal en kosmopolitisch liberalisme? = Sociaal liberalisme zegt dat je in eerste instantie staten hebt en die staten zijn er voor verantwoordelijk dat de welzijn binnen die staten zo goed mogelijk wordt verzorgd. De internationale orde moet eigenlijk faciliteren dat de staten op kunnen komen voor eigen burgers en ondersteunen. Kosmopolitisch liberalisme kijkt in eerste plaats naar de rechten van het individu. Gaat na wat voor rechtvaardigheidsbeginsel we moeten opstellen dat die belangen van de individuen op een onpartijdige wijze behartigt. En onpartijdig met een dikke streep eronder. Beitz zegt wel te weten dat we staten hebben en zullen houden, maar we moeten wel nadenken over hoe we internationale staten gaan hervormen op zo’n manier dat het rechtvaardig is. Staten hebben geen onafhankelijke ethische status. Sociaal liberalisme is volgens hem de dominante positie. Niet alleen in de theorie maar ook in de praktijk. Bij de internationale samenwerking vindt plaats in instituties die je kunt zien als staten. Het zijn samenwerkingsverbanden van staten. Staten geven namelijk niet graag soevereiniteit af. Welke punten zijn er voor en tegen sociaal liberalisme? = Beitz gaat kosmopolitisch liberalisme verdedigen en sociaal liberalisme bekritiseren, omdat die dominant zijn. Hij gaat de posities tegen elkaar uitspelen. Eerst zeggen wat het is: Wat zegt sociaal liberalisme:1. Je kunt wel zeggen dat er een internationale basisstructuur is, maar dat is onzin. Barry: als je kijkt naar de sociale voorzieningen van de verzorgingsstaat, social goods, is niet aan de orde of zoiets. Er is geen basisstructuur internationaal die vergelijkbaar is met een nationale structuur. Dat betekent dat je die voordelen niet kunt gaan delen met allemaal groepen in de samenleving want die zijn de consequentie van de samenwerking. Beitz: Ze zijn conservatief en blijven hangen in hoe het nu is. Maar hoe het nu is, zijn ongelijkheden. Er is een beginnende samenwerking is op internationaal niveau en dat kun je niet erkennen. Omdat er een beginnende samenwerking is, kunnen we er over nadenken. Daar kun je achter komen door het gedachte-experiment. Dan zullen mensen voor een hele andere basisstructuur kiezen. 2. Sociaal liberalisme, zoals John Rawls, hebben een andere analyse over hoe het komt dat andere landen zo arm en corrupt zijn. Dat komt volgens sociaal liberalen niet omdat ze te weinig natuurlijke hulpbronnen hebben, want dat hebben ze. Vaak zitten de problemen in die landen zelf. Corrupte elites die bezig zijn met zelfverrijking. Rawls neemt deze positie aan. Als het gaat om die oorzaken, dan moet je vooral gaan kijken naar die landen zelf. En dan moet je niet de basisstructuur veranderen om die landen te helpen, want het probleem zit binnen die landen zelf. Dit zijn empirische claims. Het gaat puur om de verklaring van armoede. Beitz gaat hier tegenin: als je kijkt naar de hoeveelheid natuurlijke hulpbronnen, dan hebben landen die nu in een ontwikkelingsfase zitten hebben veel minder natuurlijke hulpbronnen dan de landen die nu rijk zijn, maar eerder in een ontwikkelingsfase zaten op het moment dat ze in die ontwikkelingsfase zaten. Derde punt: het kan heel goed dat er corrupte elites zijn, maar dat wil niet zeggen dat we niet toch een basisstructuur ontwikkelen die de voordelen op een eerlijke manier verdeelt. 3. Wie moet verantwoordelijkheid dragen? Als het gaat om wie de verantwoordelijkheid moet dragen zegt het sociaal liberalisme dat het samenhangt met de analyse van de oorzaken. Als het probleem zit bij corrupte elites en binnen die landen, dan moeten zij zelf de verantwoordelijkheid dragen. Ze moeten het zelf op orde krijgen. Je kunt niet de verantwoordelijkheid van je eigen wanbeleid op anderen neer leggen. Hier komt keuze-omstandigheid in terug. Stel land A en B. A investeert in economie en land B niet. Met A gaat het goed, maar met B niet. Dat moet je niet verwachten dat A geld gaat geven aan B. Maatschappelijke ongelijkheid die uit eigen keuze en verantwoordelijkheid voort komt, hoef je niet te compenseren. Dat lijkt redelijk, maar dan moet je het er wel mee eens zijn dat zij zelf verantwoordelijkheid. Beitz: stel dat je eens bent met het idee dat het probleem daar zit, dan kun je het idee van eigen verantwoordelijkheid en luie burgers niet volhouden. Een burger is namelijk geen land. Het land heeft corrupte elites en die maken verkeerde keuzes. Bij die burgers heeft het te maken met omstandigheden. Ze zijn het slachtoffer van die corrupte elites en kunnen er niets aan doen. Je moet staten niet als geheel zien, want staten zijn complex. Je kunt niet zeggen dat landen in zijn geheel onverantwoordelijke keuzes hebben gemaakt en daardoor op achterstand zijn geraakt. Wat zegt Beitz over dat ongelijkheid door die landen zelf zou komen? = Als je kijkt naar de hoeveelheid natuurlijke hulpbronnen, dan hebben landen die nu in een ontwikkelingsfase zitten hebben veel minder natuurlijke hulpbronnen dan de landen die nu rijk zijn, maar eerder in een ontwikkelingsfase zaten op het moment dat ze in die ontwikkelingsfase zaten. Derde punt: het kan heel goed dat er corrupte elites zijn, maar dat wil niet zeggen dat we niet toch een basisstructuur ontwikkelen die de voordelen op een eerlijke manier verdeelt. Wat zegt Beitz over dat corrupte elites van ontwikkelingslanden de verantwoordelijkheid moeten dragen? = Stel dat je eens bent met het idee dat het probleem daar zit, dan kun je het idee van eigen verantwoordelijkheid en luie burgers niet volhouden. Een burger is namelijk geen land. Het land heeft corrupte elites en die maken verkeerde keuzes. Bij die burgers heeft het te maken met omstandigheden. Ze zijn het slachtoffer van die corrupte elites en kunnen er niets aan doen. Je moet staten niet als geheel zien, want staten zijn complex. Je kunt niet zeggen dat landen in zijn geheel onverantwoordelijke keuzes hebben gemaakt en daardoor op achterstand zijn geraakt. Welke theorie is sterker, het sociaal liberalisme of het kosmopolitisch liberalisme? = Sociaal liberalisme: geen vergelijkbare mondiale samenwerking en dus geen mondiale herverdeling. Achterstanden van landen hebben lokale oorsprong, dus lokale verantwoordelijkheid. Kosmopolitisch liberalisme: wel internationaal samenwerkingsverband en dus mondiale herverdeling. Achterstanden van landen ook internationale oorzaken, burgers niet verantwoordelijk.
Ingezonden op 25-06-2018 - 1069x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!