Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Theorieën over Media-effecten
› 8 College 8
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Theorieën over Media-effecten
8 College 8
Jaar 3 (universiteit)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Zijn de dual process benaderingen populair geweest? = Het algemene idee is heel erg invloedrijk geweest in hoe we denken over hoe mensen denken, ondanks dat er wel wat kritieken op zijn geweest. Verklaar vanuit het ELM dat zwakker en sterke argumenten het bij lage elaboratie even goed doen, maar het zwakker argument naarmate de elaboratie hoger wordt het slechter gaat doen, terwijl het sterke argument naarmate de elaboratie hoger wordt het beter gaat doen. Wat je ziet, mensen hebben perpruasieve boodschappen te lezen gekregen. In het ene geval met sterke argumenten en in het andere geval met zwakke argumenten. Daarnaast is er gekeken naar hoge betrokkenheid en lage betrokkenheid. = Bij lage betrokkenheid doen argumenten er niet toe, dus zie je minder verschil tussen sterke en zwakke argumenten en bij hoge betrokkenheid spelen argumenten een grotere rol en zie je dat het verschil tussen argumenten groter is. Je kunt het misschien ook nog op een andere manier uitleggen: de bovenste lijn stijgt, omdat hoe meer je er over nadenkt, hoe overtuigender ze zijn. Bij zwakke argumenten geldt dat hoe meer je er over nadenkt, hoe minder overtuigend ze zijn, waardoor de lijn schuin omlaag gaat. Als je dit allebei hebt, ben je misschien wel het meest volledig. Verklaar vanuit het ELM dat drie argumenten bij lage betrokkenheid minder overtuigend zijn dan 9 argumenten, maar bij hoge betrokkenheid de drie argumenten toch iets overtuigender zijn dan de 9 argumenten? (We gaan er vanuit dat de kwaliteit van argumenten gelijk zijn). = Een van de vuistregels die bij lage betrokkenheid in de perifere route wordt gebruikt is hoe meer argumenten, hoe overtuigender. Dat is de oppervlakkige beschouwing. Wanneer de betrokkenheid meer wordt, zal het aantal argumenten minder een rol spelen, maar zal er worden gekeken naar de kwaliteit van de arumenten. Je kunt er ook andersom tegenaan kijken. Waarom gaat de lijn bij 9 argumenten omlaag? Vermoedelijk zijn 9 argumenten in eerste instantie heel erg overtuigend. Als je niet zoveel nadenkt over de boodschap, dan zie je gewoon die 9 argumenten en vindt je het overtuigend en da heeft het effect, terwijl als je er inhoudelijk over nadenkt, dan zal het aantal niet uitmaken. Wat voor effecten (moderatie of mediatie) zijn het dat minder argumenten bij hogere betrokkenheid overtuigender worden? = Dat zijn moderatie of interactie effecten: het effect van een variabele, in dit geval het aantal argumenten is afhankelijk van een derde variabele. In dit geval de hoeveelheid betrokkenheid. Vaak in campagnes wordt er een combinatie gebruikt van technieken. Er wordt van alles ingezet. Hier is er een tv spotje en een internetsite die beide zijn gebruikt in een campagne voor veilig internetten (campagne via een tweetrapsraket). Is zo’n campagne vanuit het ELM te verdedigen of helemaal niet? = Wat beoogt het televisiespotje en wat beoogt de website. Motivatie van het publiek is bij het tv spotje erg laag. Gebeurt er in het spotje iets wat opvalt, waardoor je gaat kijken? Een soort angst als motivator, identificatie misschien wel, er zit humor in. Het spotje is simpel, een hele simpele boodschap: dit kan gebeuren en ga naar de website. Dus je kunt zeggen dat het een brede doelgroep is. Als je iets wil moet je niet met een ingewikkelde boodschap komen. Ingewikkelde argumentatie, daar is een tv spotje niet goed voor. De tijd is beperkt en mensen zijn meestal niet gemotiveerd. Vervolgens kom je op de website. Hoe is het met de motivatie gesteld bij mensen die op de website komen? Die is hoog, want men kiest er voor om daar te komen. Men zoekt iets. De gelegenheid om informatie te verwerken op deze website: die is goed. Waarom kun je er ook goed over nadenken? Je hebt voorkennis: je hebt van te voren nagedacht over wat je wilt weten. Je hebt alle tijd. Het tempo waarin je de informatie moet verwerken, wordt niet door een medium bepaald, maar je kunt je eigen tempo bepalen. Het kan lang duren en dat is vervelend als je niet geïnteresseerd bent, maar als je wel geïnteresseerd bent is het prettig. Hoe beoordeel je de strategie van deze tweetraps aanpak, gezien vanuit de logica van dual process modellen? Hiervoor zijn allemaal argumenten om te zeggen dat het niet slecht gedaan is op deze manier. Je moet wel een flink effect hebben van het tv spotje om mensen te overtuigen om naar de website te gaan. Welk model komt het na het ELM? = Processing of Commercialized Media Content (PCMC). Wat is de aanleiding voor het uitbreiden van het ELM in het Processing of Commercialized Media Content (PCMC)? = 1. Men probeert commerciële uitingen te verpakken in andere vormen van content: 1. Formation integration: je probeert als het ware de lezer iets minder bewust te maken het van het feit dat het een commerciële boodschap is, zoals een krantenartikel. 2. Thematic integration: een andere manier is thematische integratie: reclame maken voor product, binnen een andere uiting – dat kan van alles zijn: sportevent, tv programma – wat daar min ot meer congruent bij is. Bijv. adidas bij sportevent, maar een biermerk valt daar niet onder, want dat past daar niet bij. Of reclame van luxeproducten op een beautyblog. Binnen die blog zie je een advertentie. Maar het kan ook een stapje verder gaan. Het kan ook dat een blogger wordt ingezet als influencer en dat je niet weet of iets geschreven wordt uit intrinzieke motivatie of dat er gesponsord wordt. Er is daarom ook een hoop discussie over de wenselijkheid van dit soort zaken. 3. Narratieve integratie: je bed als producenten in het verhaal. Je doet bijv. een spelletje met m&m’s en dat is een soort narratieve integratie. 2. Tweede aanleiding voor het model was dat veel van die commerciële uitingen op kinderen gericht zijn. Heeft dat nou consequenties op hoe zij reclame in zijn algemeenheid verweken en ook dit soort reclame-uitingen? Wat is het Processing of Commercialized Media Content (PCMC)? = Ze kwamen tot dit model door inzichten uit verschillende disciplines met elkaar te combineren. Aan de ene kant werd ELM gebruikt en aan de andere kant kennis uit de ontwikkelingspsychologie. Stap 1: Er is een tabel gemaakt. Boven zie je automatische, heuristische en systematische verwerking. Aan de linkerkant zie je de leeftijden 0-5, 6-9, 10-12 en 13-16 jaar. Kinderen van 0 tot 5 zijn alleen in staat om automatisch te verwerken. Ze zijn dus niet in staat om volgens het ELM systematisch te verwerken. Ze zijn ook nauwelijks in staat tot kort door de bocht redeneringen. Misschien een beetje: alles wat papa en mama doen is geweldig. Maar voornamelijk automatische verwerking. Het is een kwestie van associëren. Kinderen van 6 tot 9 zijn in staat om automatisch te verwerken en ook redelijk om heuristisch te verwerken. Kinderen van 10 tot 12 zijn in staat tot automatische en heuristische verwerking en een heel klein beetje tot systematische verwerking. Kinderen van 13 tot 16 jaar zijn in staat tot automatische en heuristische verwerking en redelijk tot systematische verwerking. Dit is de periode waarin je de pubertijd in gaat en de peargroup belangrijk wordt. Je wordt vatbaar voor allerlei invloeden van anderen. Als mijn vriendin het heeft, wil ik het ook en allerlei andere heuristische verwerkingen. In de pubertijd begint de systematische verwerking te komen. Het is ondermeer ook om die reden dat kinderen eigenlijk heel erg door primaire dingen getrokken worden en daarom dus eigenlijk discussies krijgt zoals deze en sterker nog, maatregelen. Zoals koekjes zonder kinderhelden. Maar op een gegeven moment is er dan toch besloten om de poppetjes waar kinderen op reageren bij de kassa een eind aan te maken. Dit is een overwinning op dit vlak, maar op andere vlakken zie je dat er toch steeds meer technieken worden bedacht om bij bepaalde leeftijdscategorieën toch in te spelen op zwakheden van die bepaalde leeftijdscategorie. Of in ieder geval gevoeligheden voor invloed. Dat is de eerste stap in het bouwen van het PCMC model, maar het ligt nog complexer. In wezen is het een sociale theorie en dat willen ze combineren met ELM wat een theorie van communicatiewetenschap is. Bij een boodschap moet je kijken naar RA en RR. Ook naar wat de doelgroep is en of je die hier mee bereikt. Ook moet je opletten dat je slecht gedrag niet beloond door er zomaar humor van te maken (Ap Dijksterhuis). Hoe wordt er aan het PCMC gebouwd door ELM versus LC4MP? = Voor het ELM geldt: motivatie (relevantie en leergierigheid), gelegenheid (voorkennis en afleiding) en de mate van cognitieve elaboratie. Bij het LCM geldt: Resources Allocated (gecontroleerd, automatisch bijv. informatie met overlevingswaarde, concrete informatie en nieuwe, onverwachte informatie), Resources Required (herinnerbaarheid, snel/hoeveelheid, moeilijkheid informatie en de context van het ontvangst), en herkenning herinnering van de informatie. Onder LCM: herinnering herkenning en begrip van de boodschap en dat wordt volgens hen beïnvloed door Resources Allocated en door de motivatie. Wat boven is, is anders, maar wat onder is, zitten overeenkomsten in. Bij gelegenheid zegt ELM dat voorkennis van belang is bij LCM komt voorkennis niet zo naar voren, maar wel de moeilijkheid en dat kun je vertalen naar hoeveelheid voorkennis. Afleiding bij ELM is bij LCM context en ontvangst. Er zitten dus heel wat overeenkomsten tussen de theorieën en misschien liggen ze ook wel in het verlengde van elkaar. LCM is een communicatiewetenschappelijke theorie, die gaat in op allerlei specifieke kenmerken van de boodschap die tot aandachtstoewijzing leiden en dat vindt je bij het ELM niet terug. Geef een voorbeeld van bouwen aan PCMP: ELM versus LC4MP. = Hoe zou een racespel verwerkt worden? Reclame in het racespel. Maar je zou de vraag kunnen stellen hoe wordt nu dat bord in het spel verwerkt. En daar kun je over redeneren op basis van RA en RR. Mensen besteden veel resources aan het spel. RR: het spel vraagt veel capaciteit. Je besteed veel capaciteit, maar het spel vraagt ook veel capaciteit. Hoeveel blijft er over voor het verwerken van reclame? Eigenlijk heel erg weinig. En hoe zit het nou met het verwerken voor die budweizer (die reclame??) RR: hoeveel resources zijn er nodig om dat billboard te verwerken? Heel weinig. Dat leidt tot de slotsom dat er of geen of een heel lage mate van elaboratie plaats zal vinden met betrekking tot de secundaire taak in dit geval: het verwerken van de billboard. En dat die reclame slechts op een perifere manier zal worden verwerkt. Welk proces zou kunnen gaan spelen als je met het spel bezig bent? Je komt het elke keer tegen en wat zou dat voor gevolg kunnen hebben in termen van beïnvloeding? Je hebt een positief gevoel wanneer je dat spel speelt (er vanuit gaan dat het goed gaat) dus uiteindelijk ga je dat positieve gevoel van het spel aan het product van die reclame koppelen. Dus op deze manier kun je eigenlijk vanuit een kenmerk van het PCMC model namelijk het integreren van het ELM met limeted compassion model, vanuit limeted compassion model kun je bepalen wat voor soort verwerkingsproces hier zal plaatsvinden en als het perifeer is wat het dan zou kunnen zijn. In de scriptie waar dit in voor kwam was er een moeilijk en een makkelijk spel met ervaren en onervaren mensen. Onervaren en moeilijk spel zou anders uit kunnen pakken. Maar de meeste mensen die dit spel spelen zullen een positief gevoel hebben. Wat is de conclusie bij het PCMC? = Ook dit model is een middel om na te denken over dit. Er zijn inzichten uit de ontwikkelingspsychologie aan dit model toegevoegd.
Ingezonden op 24-10-2018 - 1067x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!