Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

DE GEO !, deel editie 7

1 alles van hoofdstuk 1 :p + studie tip :)

Jaar 1 (havo/vwo)

absolute afstand = De afstand gemeten langs een rechte lijn (hemelsbreed).
bevolkingsdichtheid = Het aantal inwoners per vierkante kilometer (km2). 
bevokingsspreiding = de verdeling van mensen over een land of gebied.
breedtecirkel = Cirkel die plaatsen van gelijke breedteligging verbindt.
breedteligging = de afstand van een plaats tot de evenaar
cirkeldiagram = Een overzicht van getallen met behulp van een cirkel (of cirkels).
emigrant = Iemand die zijn land verlaat om ergens anders te gaan wonen.
evenaar = Lijn die de aardbol in twee helften verdeelt: het noordelijk en het zuidelijk halfrond.
gebied = Een klein of groot stuk van het aardoppervlak.
hoge breedte = Als een plaats ver van de evenaar ligt.
immigrant = Iemand die aankomt in een land om er te gaan wonen.
ingericht landschap=Landschap waarin mensen huizen, wegen, akkers, eilanden en andere dingen hebben aangelegd.
inrichtingselementen=Elementen in het landschap die mensen hebben aangelegd.
inzoomen=de aarde dichterbij halen, het verkleinen van een gebied.
kaart=een verkleinde tekening van een gebied
kaartlezen=begrijpen wat erop een kaart staat. daarvoor heb je vier dingen nodig: de titel, de leganda, de noordpijl en de schaal.
lage breedte=als een plaats dicht bij de evenaar ligt.
legenda=in de legenda staat de betekenis van de kleuren en de symbolen op de kaart.
lengecirkel=cirkel die plaatsen van gelijke lengteligging verbindt.
lengteligging=de afstand van een plaats tot de nulmeridiaan
lijndiagram=een overzicht met behulp van een lijn of lijnen.
meridiaan=cirkel die plaatsen van gelijke lengteligging verbindt
natuurlandschap=een landschap dan niet door mensen is ingericht, het is puur natuur.
natuurlijke elementen=elementen in het landschap die niet door mensen zijn aangelegd
noordelijk halfrond=de bovenste helft van de aardbol
noorderbreedte=breedteligging op het noordelijk halfrond
nulmeridiaan=de lengtecirkel die over greenwich bij London loopt
oosterlengte=afstand tot de nulmeridiaan van een plaats ten oosten er van.
overzichtskaart=kaart die een overzicht geeft van een bepaald gebied.
parallel=Cirkel die plaatsen van gelijke breedteligging verbindt.
plattegrond=een kaart van een wijk, dorp of een stad met alle straten en huizenblokken erop.
regio=Een klein of groot stuk van het aardoppervlak.
relatiefe afstand=de afstand gemeten in reistijd.
schaal=de schaal laat zien hoeveel dat gebied is verkleind.
schaalniveau=de schaal waarop je naar de wereld kijkt: lokaal, regionaal, nationaal, internationaal, mondiaal.
staafdiagram=een overzicht van getallen met van getallen met behulp van een staaf of staven.
suburb=ruim opgezette buitenwij of voorstad met veel vrijstaande huizen en tuinen, afgewisseld met stukjes groen.
thematischekaart=Kaart die overe één onderwerp gaat.
topografische kaart=Kaart die een priecieze beschrijving geeft van een bepaald gebied.
uitzoomen=Steeds verder weggaan van de aarde. Het verkleinen van een gebied.
westerlengte=afstand tot de nulmeridiaan van een plaats ten westen ervan.
zuidelijk halfrond=de onderste helft van de aardbol
zuiderbreedte=breedteligging op het zuidelijk halfrond.

Ingezonden op 11-11-2009 - 1083x bekeken.
Waardering 10 (aantal stemmen: 3)

voting system
1
2
3
4
5

Als je deze lijst ken en je begrijpt de tekst komt het helemaal goed

STUDIETIP niet denken als je het 3 keer hebt gedaan en dan ken je de woodjes goed doe het na een uurtje weer zodat het niet alleen in je voor hoofd zit maar ook in je achterhoofd GEBRUIK DEZE TIP

Vakken

DE GEO !, deel editie 7

1 alles van hoofdstuk 1 :p + studie tip :)