Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

KeyWords

4653 Bladzijde 46-53

Jaar 3 (havo/vwo)

accomodation = accomodatie
apartment = appartement
cottage = huisje
guest house = pension
youth hostel = jeugdherberg
inn = herberg
disadvantage = nadeel
vacancy = kamer vrij
single room = eenpersoonskamer
single bed = eenpersoonsbed
double room = tweepersoonskamer
double bed = tweepersoonsbed
twin room = kamer met 2 eenpersoonsbedden
season = seizoen

bed and breakfast = kamer met ontbijt
half board = half pension
full board = vol pension
reception = receptie
package holiday = georganiseerde reis
included = inbegrepen
including = inclusief
all-inclusive = alles inbegrepen
to confirm = bevestigen
hotel resident; hotel guest = hotelgast
to rent out; to let = verhuren
for rent; to let = te huur
to recommend = aanbevelen
to disturb = storen
view = uitzicht
department store = warenhuis
toys = speelgoed
department = afdeling
basement = souterrain; kelder
shoppingmall; mall = winkelcentrum
store = winkel
lift = lift
escalator = roltrap
instead of = in plaats van
trolley = winkelwagentje
basket = mandje
sale; sales = uitverkoop
discount = korting
bargain = koopje
chain = keten
customer = klant
shop assistant = verkoopster; verkoper; winkelbediende
to serve = helpen
gift; present = cadeau
to wrap up = inpakken
to exchange = ruilen
receipt = kassabon; bon
to refund = teruggeven
to return = terugbrengen
market = markt
cash desk; checkout = kassa
greengrocer = groenteboer
butcher = slager
chemist = drogist
shoplifter = winkeldief
to worry = zich zorgen maken
worried; concerned = bezorgd
worry; concern = zorg; bezorgdheid
relieved = opgelucht
disappointed = teleurgesteld
disappointment = teleurstelling
sad = bedroefd; droevig
to comfort = troosten
ridiculous = belachelijk
mood = stemming; bui
proud = trots
tear = traan
unfortunately = helaas; jammer genoeg
kind = vriendelijk; aardig
jealous = jaloers; afgunstig
angry = boos
anger = boosheid; woede
furious = woedend
to control = beheersen
surprised; amazed = verbaasd
surprising; amazing = verbazingwekkend
foolish; silly = dwaas; dom
cheerful = opgewekt; vrolijk
grateful = dankbaar
to appreciate = waarderen; op prijs stellen
to irritate = ergeren; irriteren
to seem = lijken; schijnen
strange = vreemd
stranger = vreemde
weird = erg vreemd
to be homesick = heimwee hebben
fed up with = zat; beu
sick of = zat; beu
shy = verlegen
among = onder; tussen
relaxed = ontspannen
desperate = wanhopig
desire = verlangen
to desire = verlangen
incredible = ongelofelijk
it's a pity = het is jammer
scared of = bang voor
to frighten = bang maken
to long = verlangen
craze = rage
fuss = drukte
to argue = ruzie maken
glad = blij
confidence = vertrouwen
excited = opgewonden
exciting; thrilling = opwindend
excitement = opwinding
passion = liefde; hartstocht
fabulous = fantastisch
lonely = eenzaam
nervous = zenuwachtig
nerve = zenuw
upset = overstuur; van streek
tension = spanning

Ingezonden op 06-04-2010 - 3367x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Bladzijde 46 tot en met 53.

Brian Guido Arnhem 3b

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

KeyWords

4653 Bladzijde 46-53