Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via WRTS. Klik op 'Overhoren'

Studium Novum, deel 1- 2

1 t.e.m. 14 + 1v/h 2e boek alle woorden van latijn

Jaar 2

a(b)+abl. = (weg)van,door
abesse(onr.)absum = afwezig zijn,verwijderd zijn
abire(onr.)abeo = weggaan
ac/atque,voegwoord = en,ook
accedere(3)accedo = naderen,dichterbij gaan
accipere(5)accipio = omvangen,aannemen,vernemen
acer,acris,acre = scherp,hevig,vurig
ad tempus = op tijd
ad+acc. = naar,tot,bij
adducere(3)adduco = brengen naar
adesse(onr.)adsum = aanwezig zijn,er zijn
adhuc,bijwoord = tot nu toe,nog
adire(onr.)adeo = gaan naar,aanvallen
aditus,-us,m. = de toegang
adiuvare(1)adiuvo = helpen
admonere(2)admoneo = herinneren aan,wijzen op
adulscens,adulscentis,m./v. = de jongeman,het jong meisje
advenire(4)advenio = aankomen
adventus,-us,m. = de(aan)komst
aedificium,-i,o. = het gebouw
aeger,aegra,aegrum = ziek
aegre,bijwoord = met moeite,ternauwernood
aër,aëris,m. = de lucht
aestas,aestatis,v. = de zomer
afferre(onr.)affero = aanbrengen
ager,agri,m. = de akker,het veld,het grondgebied
agere(3)ago = drijven,handelen,doen(aan),doorbrengen
agnoscere(3)agnosco = herkennen,erkennen
alienus,-a,-um = van een ander,vreemd
aliquot = enige
aliter,bijwoord = anders,op een andere wijze
alius,-a,-ud = ander
alius...alius = de een...de ander
alter,-a,-um = de andere(van twee)
altus,-a,-um = hoog,diep
amare(1)ano = beminnen,houden van
ambulare(1)ambulo = wandelen
amicus,-a,-um(+dat). = bevriend(met)
amicus,-i,m. = de vriend
animus,-i,m. = de geest,het gemoed
annus,-i,m. = het jaar
ante+acc. = voor
antequam,voegwoord = voordat
antiquus,-a,-um = oud(van vroeger)
aperire(4)aperio = openen,onthullen
apertus,-a,-um = open
appellare(1)appello = toespreken,noemen
appropinquare(1)approponquo(+dat.) = naderen
apud+acc. = bij
aqua,-ae,v. = het water
at,voegwoord = maar
arbor,arboris,v. = de boom
arma,-orum,o.(steeds mv.) = de wapens
armatus,-a,-um = bewapend
arripere(5)arripio = (haastig)grijpen,aangrijpen
asper,-a,-um = ruw,moeilijk,hard
aspicere(5)aspicio = bekijken,kijken naar
audacia,-ae,v. = de overmoede,de durf
audax,audax,audax,audacis = onverschrokken,roekeloos
audere(2)audeo = durven
audire(4)audio = horen,luisteren
auferre(onr.)aufero = wegbrengen,wegnemen
augere(2)augeo = vermeerderen,doen toenemen
aureus,-a,-um = gouden
aureus,-i,n. = goudstuk
aurum,-i,o. = het goud
aut,voegwoord = of
autem,voegwoord = echter,namelijk
auxilium,-i,o. = de hulp,mv.:de hulptroepen
avarus,-a,-um = gierig,hebzuchtig
avis,avis,v. = de vogel
avus,-i,m. = grootvader
barbarus,-i,m. = de vreemdeling,de barbaar
bellum,-i,o. = de oorlog
bene,bijwoord = goed
bibere(3)bibo = drinken
bonus,-a,-um = goed
brevis,-is,-e,brevis = kort
Britannus,-a,-um = Brits
caedere(3)caedo = omhakken,doden
caelum,-i,o.(mv. caeli m.) = de lucht,de hemel
campus,-i,m. = het(open)veld,de vlakte
canere(3)cano = (be)zingen
canis,canis,m. = de hond
capere(5)capio = nemen,ontvangen,(be)grijpen
captivus,-a,-um = gevangen
caput,capitis,o, = het hoofd(in alle betekenissen):de leider,de hoofdstad,...
carere(2)careo(+abl.) = missen,vrij zijn
casa,-ae,v. = de hut
castra,-orum,o. = het legerkamp
casus,-us,m. = de val,het voorval,de belevenis,het toeval
cautus,-a,-um = voorzichtig
cavere(2)caveo = oppassen,op zijn hoede zijn
centum,telwoord = honderd
certe,bijwoord = zeker
ceteri,-ae,-a = de overige
cibus,-i,m. = het voedsel
circiter,bijwoord = ongeveer
circiter+acc. = omstreeks
circum+acc. = rond
civis,civis,m./v. = de burger
clamare(1)clamo = roepen
clamor,clamoris,m. = het geroep,het geschreeuw
claudere(3)claudo = sluiten
cogere(3)cogo = verzamelen,dwingen
cogitare(1)cogito = nadenken
cognoscere(2)cognosco = leren kennen,vernemen
colina,-ae,v. = de kolonie
confidere(3)confido(+dat.) = vertrouwen,geloof hechten aan
considere(3)consido = gaan zitten
consilium,-i,o. = het overleg,de beraadslaging,het besluit,het plan,de raad
consistere(3)consisto = gaan staan,blijven staan,bestaan uit
conspicere(5)conspicio = bemerken
contemnere(3)contemno = verachten
contentus,-a,-um = tevreden
continere(2)contineo = bevatten,(bijeen)houden
convenire(4)convenio = samenkomen,overeenkomen
copia,-ae,v. = de voorraad,de overvloed,de gelegenheid,mv.:de troepen
corpus,corporis,o. = het lichaam
cras,bijwoord = morgen
credere(3)credo(+dat.) = geloven,vertrouwen(in),toevertrouwen
cum,voegwoord = wanneer,als
cum+abl. = (samen)met
cupere(5)cupio = begeren,verlangen
cupidus,-a,-um(+gen.) = begerig naar,uit op
cura,-ae,v. = de zorg
curare(1)curo = zorgen voor
currere(3)curro = lopen,rennen
cur = waarom
custodia,-ae,v. = de bewaking,de gevangenis
custodire(4)custodio = bewaken
custos,custodis,m. = de bewaker
dare(1)do = geven
de+abl. = van...af(van boven naar beneden)over,aangaande
debere(2)debeo = moeten,verschuldigd zijn
decem,telwoord = tien
decet(onp.)(2) = het past
decimus,-a,-um = tiende
deesse(onr.)desum = ontbreken,tekortschieten
defendere(3)defendo = verdedigen,afweren
deinde/dein,bijwoord = vervolgens
demonstrare(1)demonstro = aantonen
dens,dentis,m. = de tand
deserere(3)desero = verlaten,in de steek laten
desiderare(1)desidero = verlangen,uitzien naar
desinere(3)desino = ophouden,stoppen
deus,-i,m. = de god
dicere(3)dico = zeggen,spreken
dies,diei,m.(soms v.) = het dag(licht),de termijn
diligens,diligens,diligentis = nauwgezet,aandachtig
diligentia,-ae = de nauwgezetheid,de ijver
diligere(3)diligo = waarderen,hoogachten
diu,bijwoord = lange tijd
dives,dives,divitis = rijk
dividere(3)divido = verdelen
divitiae,-arum,v.(steeds mv.) = de rijkdom
dolor,doloris,m. = de pijn
domina,-ae,v. = de meesteres,de dame
dominus,-i,m. = de meester,de heer
domus,-us,v. = het huis
donare(1)dono = schenken,geven
donum,-i,o. = het geschenk
dormire(4)dormio = slapen
dubitatio,dubitationis,v. = de twijfel,de aarzeling
dubius,-a,-um = twijfelend,twijfelachtig,onzeker
ducere(3)duco = aanvoeren,leiden,doorbrengen,beschouwen als
duo,duae,duo = twee
duodecim,telwoord = twintig
duodecimus,-a,-um = twaalfde
duodeviginti,telwoord = achttien
durus,-a,-um = hard,streng
e(x)+abl. = (van)uit,vanaf,als gevolg van,op grond van
effugere(5)effugio = wegvluchten,ontsnappen aan
ego = ik(pers.vnw.)
egregius,-a,-um = voortreffelijk,uitstekend
emere(3)emo = kopen
enim = immers
eo,bijwoord = daarheen
equus,-i,m. = het paard
eripere(5)eripio = ontrukken
errare(1)erro = dwalen,verdwalen,zich vergissen
esse(onr.)sum = zijn
et = en,ook
etiam = ook,zelfs
evadere(3)evado = ontkomen,te voorschijn komen,(be)klimmen
exercitus,-us,m. = het leger
exspectare(1)exspecto = verwachten,afwachten
fabula,-ae,v. = het verhaal,het toneelstuk
facere(5)facio = maken,doen
facile,bijwoord = gemakkelijk
facilis,-is,-e,facilis = gemakkelijk
fallere(3)fallo = misleiden,bedriegen
falsus,-a,-um = vals
familaris,-is,-e, = vertrouwd,bekend,sub.:vriend,kennis
familia,-ae,v. = de familie,het gezin,het personeel
fanum,-i,o. = het heiligdom,de tempel
fatigare(1)fatigo = vermoeien
felix,felix,felix,felicis = gelukkig,voorspoedig
fenesetra,-ae,v. = het venster
ferox,ferox,ferox,ferocis = strijdlustig,wild,woest
ferre(onr.)fero = dragen,brengen,nemen,vertellen
festinare(1)festino = zich haasten,bespoedigen
fesus,-a,-um = moe,vermoeid
fidelis,-is,-e,fidelis = trouw,betrouwbaar
fides,fidei,v. = het vertrouwen,de trouw,de betrouwbaarheid,het gegeven woord
fidus,-a,-um = trouw
fieri(onr.)fio = worden,gebeuren,ontstaan,gemaak/gedaan worden
filia,-ae,v. = de dochter
filius,-i,m. = de zoon
finis,finis,m. = de grens,het einde,het doel
finitimus,-a,-um(+dat.) = naburig,aangrenzend
firmus,-a,-um = stevig,sterk
fluere(3)fluo = vloeien,stromen
flumen,fluminis,o. = de stroom
fluvius,-i,m. = de stroom,de rivier
fortasse,bijwoord = misschien
fortis,-is,-e,fortis = moedig,dapper,sterk
fortuna,-ae,v. = het lot,toeval,mv.:het bezit
forum,-i,o. = het marktplein,het forum
fossa,-ae,v. = de gracht
frater,fratris,m. = de broer
fructus,-us,m. = de vrucht
frumentum,-i,o. = het koren,het graan
fugere(5)fugio = vluchten
fundus,-i,m. = het landgoed,het domein,de bodem
furtum,-i,o. = de diefstal
Gallus,-a,-um = Gallisch
gaudere(2)gaudeo = zich verheugen,blij zijn
gaudium,-i,o. = de vreugde
gerere(3)gero = dragen,uitvoeren,doen
Germanus,-a,-um = Germaans
gladius,-i,m. = het zwaard
gloria,-ae,v. = de roem
gratia,-ae,v. = de charme,het aanzien,de dank
gratias agere = danken
gravis,-is,-e,gravis = zwaar,ernstig
habere(2)habeo = hebben
habitare(1)habito = wonen
herba,-ae,v. = het gras,het kruid
hic,haec,hoc = deze,dit(hier)(aanw.vnw.)
hic = hier
Hispanus,-a,-um = Spaans
homo,hominis,m. = de mens
honestus,-a,-um = van aanzien,eervol,edel
hora,-ae,v. = het uur,de tijd
hostis,hostis,m. = de(staats)vijand
huc,bijwoord = hierheen
humanus,-a,-um = menselijk,beschaafd,vriendelijk
iacere(2)iaceo = liggen
iacere(5)iacio = werpen
iam = reeds,al
ibi,bijwoord = daar
id,ea,id = zelfstandig:hij,zij,het(pers,vnw.),bijvoegelijk:die,dat(aanwijzend vnw.)
idem,aedem,idem = dezelfde(aanw.vnw.)
idoneus,-a,-um = geschikt
ignavus,-a,-um = laf,slap,loom
ignorare(1)ignoro = niet kennen,niet weten
ille,illa,illud = die,dat(daar)(aanw.vnw.)
imperator,imperatoris,m. = de generaal,de opperbevelhebber
imperatum,-i,o. = het bevel
imperium,-i,o. = het rijk,de heerschappij,het opperbevel
improbus,-a,-um = slecht,gemeen
in+abl. = in,op
in+acc. = naar,tot,jegens,tegen
incipere(5)incipio = beginnen
includere(3)includo = opsluiten,insluiten
incolere(3)incolo = (be)wonen
incridibilis,-is,-e,incredibilis = ongelooflijk
inde,bijwoord = vandaar,daarna
inermis,-is,-e,inermis = ongewapend
infestus,-a,-um = vijandig,dreigend
ingens,ingens,ingens,ingentis = reusachtig,geweldig groot
inhumanus,-a,-um = onmenselijk
inire(onr.)ineo = binnengaan,beginnen
inquit(onr.) = zegt zij/hij
insula,-ae,v. = het eiland
inter+acc. = tussen
interdum,bijwoord = soms
interea,bijwoord = intussen
interficere(5)interficio = doden
interim,bijwoord = intussen
invenire(4)invenio = vinden,aantreffen,ontdekken
invitus,-a,-um = met tegenzin
ipse,ipsa,ipsum = zelfs(aanw.vnw.)
iratus,-a,-um = boos,woedend
ire(onr.)eo = gaan
irridere(2)irrideo = uitlachen
iste,ista,istud = die,dat(bij u)(aanw.vnw.)
ita,bijwoord = zo
itaque,voegwoord = dus,daarom,bijgevolg
iter,itineris,o. = de reis,de(reis)weg
iterum,bijwoord = weer,voor de tweede keer
iubere(2)iubeo = bevelen,willen(dat iets gebeurt)
iucundus,-a,-um = aangenaam,aantrekkelijk
iudex,iudicis,m. = de rechter
iudicare(1)iudico = oordelen
iudicium,o. = het oordeel,het vonnis,de rechtbank,het gerecht
iuxta+acc. = naast,nabij
labor,laboris,m. = de inspanning,het werk,het leed
laborare(1)laboro = zich inspannen,werken,afzien
lacrima,-ae,v. = de traan
laetitia,-ae,v. = de blijdschap
laetus,-a,-um = blij
lapis,lapidis,m. = de steen
latrare(1)latro = blaffen
latro,latronis,m. = de rover,de dief
latus,-a,-um = breed
laudare(1)laudo = prijzen,loven
legere(3)lego = verzamelen,uitkiezen,lezen
levis,-is,-e,levis = licht,lichtzinnig
levitas,levitatis,v. = de lichtzinnigheid
lex,legis,v. = de wet
liber,libera,liberum = vrij
liber,libri,m. = het boek
liberi,-orum,m.(steeds mv.) = de kinderen
licet(onp.)(2) = het is toegestaan,het is moeilijk
locus,-i,m.(mv.loca o.) = de plaats,de afkomst,de gelegenheid
longe,bijwoord = ver,veruit
longus,-a,-um = lang
ludere(3)ludo = spelen
luna,-ae,v. = de maan
lux,lucis,v. = het(dag)licht
maerere(2)maereo = bedroefd zijn,treuren
magnificus,-a,-um = prachtig
magnus,-a,-um = groot
maleficium,-i,o. = de misdaad,het geweld
malle(onr.)malo = liever willen,verkiezen
malus,-a,-um = slecht
manere(2)maneo = blijven,wachten op
manus,-us,v. = de hand,de(leger)macht,de troep
mare,maris,o. = de zee
mater,matris,v. = de moeder
matrimonium,-i,o. = het huwelijk
matrona,-ae,v. = de dame
maximus,-a,-um = zeer groot,grootste
medius,-a,-um = middelste,het midden van
metuere(3)metuo = vrezen,bang zijn(uit voorzichtigheid)
metus,-us,m. = de vrees
meus,-a,-um = mijn(bez.vnw.)
miles,militis,m. = de soldaat
milia,milium,o.(steeds mv.) = de duizend(tall)en
militia,-ae,v. = de legerdienst,de(soldaten)dienst
mille,telwoord = duizend
mirus,-a,-um = wonderbaar,zonderling
miser,-a,-um = ongelukkig
mittere(3)mitto = zenden,laten(gaan)
modo,bijwoord = slechts,onlangs,zo-even
modo...modo = nu eens...dan weer
modus,-i,m. = de maat,de wijze,de manier
moenia,moenium,o.(steeds mv.) = de(stads)wallen
momentum,-i,o. = de invloed,het(beslissende)ogenblik
monere(2)moneo = waarschuwen,herinneren aan
movere(2)moveo = bewegen
mox,bijwoord = weldra,spoedig
multus,-a,-um = veel,talrijk
murus,-i,m. = de muur
nam = want
narrare(1)narro = vertellen
natura,-ae,v. = de natuur,de aard,het karakter
navis,navis,v. = het schip
ne....quidem,voegwoord = zelfs...niet,ook...niet
-ne = ?
necare(1)neco = doden,vermoorden
necessarius,-a,-um(+dat.) = noodzakelijk,nauw verwant
necesse est = het is noodzakelijk
neglegere(3)neglego = verwaarlozen
nemo = niemand
neque...neque,voegwoord = noch...noch,niet...en ook niet
nihil = niets
nimis,bijwoord = te,te veel
nisi,voegwoord = als niet,indien niet,tenzij
nolle(onr.)nolo = niet willen
nomen,nominis,o. = de naam
nominare(1)nomino = noemen,vernoemen,benoemen
non iam = niet meer
nondum,bijwoord = nog niet
nonne = toch zeker wel
nonnulli,-ae,-a = enige,verschillende
nonnus,-a,-um = negende
noster,nostra,nostrum = onze(bez.vnw.)
nos = wij(pers.vnw.)
notus,-a,-um = bekend
novem,telwoord = negen
novus,-a,-um = nieuw
nox,noctis,v. = de nacht
nullus,-a,-um = geen
numerare(1)numero = tellen
numerus,-i,m, = het getal,het aantal
nummus,-i,m. = de munt,het geldstuk
num = toch zeker niet
nunc,bijwoord = nu
nuntius,-i,m. = de bode,het bericht
obscurus,-a,-um = donker,duister
obses,obsidis,m.of v. = de gijzelaar
occidere(3)occido = (neer)howen,doden
occultare(1)occulto = verbergen
occultus,-a,-um = verborgen
occupare(1)occupo = bezetten,in bezit nemen
octavus,-a,-um = achtste
octo,telwoord = acht
oculus,-i,m. = het oog
odium,-i,o. = de haat
offerre(onr.)offero = aanbieden
omnis,-is,-e,omnis = ieder,elk,geheel,mv.:alle
oppidum,-i,o. = de stad,de vesting
opprimere(3)opprimo = onderdrukken,overrompelen
oppugnare(1)oppugno = aanvallen
opulentus,-a,-um = rijk,machtig
orbis terrarum = de wereld
orbis,orbis,m. = de kring
ornamentum,-i,o. = de uitrusting,het sieraad,het juweel
os,oris,o. = de mond,het gezicht
osculum,-i,o. = de kus
ostendere(3)ostendo = laten zien,tonen
otium,-i,o. = de vrije tijd,de rust
paene,bijwoord = bijna
paenitet(me)(onp.)(2) = het spijt(mij)
par,par,par,paris(+dat) = gelijk(aan),opgewassen(tegen),passend
parentes,parentum,m.(altijd mv.) = de ouders
parere(2)pareo = gehoorzamen
pars,partis,v. = de deel,de zijde
parvus,-a,-um = klein
pater,patris,m. = de vader
patria,-ae,v. = het vaderland
pauci,-ae,-a = weinig
paulum/paulo,bijwoord = een beetje
pauper,pauper,pauper,pauperis = arm
pectus,pectoris,o. = de borst,het karakter,het gemoed
pecunia,-ae,v. = het geld
per+acc. = door...(heen),gedurende
periculum,-i,o. = het gevaar
permulti,-ae,-a = zeer veel
pervenire(4)pervenio = komen tot,bereiken
pes,pedis,m. = de voet
petere(3)peto(+acc.,LV) = gaan naar,streven naar,vragen
plenus,-a,-um = vol(van/met)
plerumque,bijwoord = meestal
plus,bijwoord = meer
pons,pontis,m. = de brug
populus,-i,m. = het volk
porta,-ae,v. = de poort
portare(1)porto = dragen
poscere(3)posco = eisen
posse(onr.)possum = kunnen
possidere(2)possideo = bezitten
post/postea,bijwoord = later,daarna
post+acc. = achter,na
postea,bijwoord = daarna,later
postridie,bijwoord = 's anderdaags
potestas,potestatis,v. = de(wettige)macht,de bevoegdheid,de gelegenheid
potissimum,bijwoord = bij voorkeur,het liefst
praeda,-ae,v. = de buit,de prooi
praesertim,bijwoord = vooral
praestare(1)praesto = doen,verrichten,uitmunten
praestat(onp.)(1) = het is beter
praeter+acc. = langs,voorbij,behalve
praeterea,bijwoord = bovendien
premere(3)premo = drukken,onder druk zetten
primum/primo,bijwoord = eerst,voor de eerste keer
primus,-a,-um = eerste
princeps,principis,m.(ook als adj, gebruikt) = de keizer,de voornaamste,de eerste
probare(1)probo = goedkeuren,bewijzen,aannemelijk maken
probus,-a,-um = goed,flink
procedere(3)procedo = vooruitgaan
procul,bijwoord = ver,in/vanuit de verte
prope+acc. = dichtbij
propter+acc. = wegens
providere(2)provideo = voorzien,zorgen voor
provincia,-ae,v. = de provincie,het ambtstermijn
prudens,prudens,prudens,prudentis = wijs,ervaren
puella,-ae,v. = het meisje
puer,pueri,m. = de jongen
pugnare(1)pugno = vechten
pulcher,pulchra,pulchrum = mooi
putare(1)puto = menen,denken
quaerere(3)quaero = zoeken,vragen
quam,bijwoord = hoe,wat
quam,voegwoord = dan,als
quamquam,voegwoord = (al)hoewel
quare,bijwoord = en daarom,waarom
quartus decimus,-a,-um = veertiende
quartus,-a,-um = vierde
quattuor,telwoord = vier
quattuordecim,telwoord = veertien
qui,quae,quod = (degene)die,dat(betrekkelijk vnw.)
qui,quae,quod = welke(bijw.vragen vnw.)
quies,quietis,v. = de rust
quiescere(3)quiesco = rusten,uitrusten
quietus,-a,-um = rustig
quindecim,telwoord = vijftien
quinqie,telwoord = vijf
quintus,-a,-um = vijfde
quis,quae,quid = wie,wat(zelfstandig vragen vnw.)
quo,bijwoord = waarheen
quod = omdat
quomodo?,bijwoord = hoe?
quoque = ook
rapere(5)rapio = roven,snel wegnemen,meeslepen
rapina,-ae,v. = de rooftocht
rectus,-a,-um = recht,goed,juist
redire(onr.)redeo = teruggaan,terugkomen,terechtkomen
reditus,-us,m. = de terugkeer
reducere(3)reduco = terugbrengen
referre(onr.)refero = terugbrengen,melden
regio,regionis,v. = de streek,de richting
relinquere(3)relinquo = achterlaten,verlaten
reliquus,-a,-um = overig,overgebleven
reperire(4)reperioo = vinden,terugvinden
res,rei,v. = de zaak,de gebeurtenis
resistere(3)resisto = blijven staan,weerstand bieden
respondere(2)respondeo = antwoorden
ridere(2)rideo = lachen
ripa,-ae,v. = de oever
rogare(1)rogo(+2 acc.) = vragen
Romanus,-a,-um = Romeins
rumpere(3)rumpo = (ver)breken
saepe,bijwoord = dikwijls
salutare(1)saluto = groeten,begroeten
sanus,-a,-um = gezond
satis,bijwoord = genoeg
sceleratus,-a,-um = misdadig
scelus,sceleris,o. = de misdaad
scire(4)scio = weten,kennen
secundus,-a,-um = tweede,gunstig
sedecim,telwoord = zestien
sedere(2)sedo = zitten
sedes,sedis,v. = de zetel,de zitplaats
sed = maar
semel atque iterum = telkens opnieuw
semel,bijwoord = eenmaal
semper = altijd
sententia,-ae,v. = de mening,de zin,de betekenis
sentire(4)sentio = voelen,gewaarworden,van mening zijn
septem,telwoord = zeven
septemdecim,telwoord = zeventien
septimus,-a,-um = zevende
sepulcrum,-i,o. = het graf
servare(1)servo = bewaren,redden
servitium,-i,o. = de slavernij
servitus,servitutis,v. = enig,enkel
servus,-i,m. = de slaaf,de knecht
severus,-a,-um = streng
sevire(4)servio(+dat.) = slaaf zijn,dienen
sex,telwoord = zes
sextus,-a,-um = zesde
se = zich(zelf)(pers.vnw.)
si,voegwoord = indien,als
signum,-i,o. = het teken,het veldteken,het beeld
silentium,-i,o. = de stilte
silva,-ae,v. = het bos
simul,bijwoord = tegelijk,op hetzelfde ogenblik
sine+abl. = zonder
situs,-a,-um = gelegen
socius,-i,m. = de deelgenoot,de kameraad,de bondgenoot
solere(2)soleo = gewoon zijn
solum = alleen,slechts
solus,-a,-um = alleen,eenzaam,verlaten
solvere(3)solvo = losmaken,betalen
somnium,-i,o. = de droom; de droom
spectare(1)specto = bekijken,kijken naar
spes,spei,v. = de hoop
spoliare(1)spolio = beroven
stabulum,-i,o. = de stal
stare(1)sto = (rechtop)staan,zich houden aan
statim,bijwoord = onmiddellijk
strenuus,-a,-um = flink,ondernemend
studere(2)studeo(+dat.) = zicht toeleggen op,genegen zijn
studium,-i,o. = de ijver,de inzet,de sympathie,de belangstelling
stultus,-a,-um = dwaas,dom
sub+abl. = onder
sub+acc. = tot onder,even voor,vlak na
subito,bijwoord = plots
sumere(3)sumo = nemen
summa,-ae,v. = het totaal,de hoofdzaak
superare(1)supero = overtreffen,overwinnen,overblijven
superbus,-a,-um = trots,hoogmoedig
supra+acc. = boven,over
suspicio,suspicionis,v. = de verklaring,het wantrouwen
suus,-a,-um = zijn(eigen),haar(eigen),hun(eigen)(bez.vnw.)
tabula,-ae,v. = het schrijfplankje,het register
tacere(2)taceo = zwijgen
talis,-is,-e,talis = zodanige,zulke
tam...quam = zo...als
tamen = toch
tandem,bijwoord = eindelijk,ten slotte
tangere(3)tango = (aan)raken
tantum,bijwoord = slechts,alleen maar,zoveel
tantus,-a,-um = zo groot
tectum,-i,o. = het dak
tegere(3)tego = bedekken,beschermen
telum,-i,o. = het werptuig
templum,-i,o. = de tempel
tempus,temporis,o. = de tijd,de omstandigheden,het ogenblik
tendere(3)tendo = spannen,strekken,gaan naar,streven naar
tenebrae,-arum,v.(altijd mv.) = de duisternis
tenere(2)teneo = (vast)houden
tergum,-i,o. = de rug
terra,-ae,v. = de grond,de aarde,het land
terrere(2)terreo = bang maken
tertius,-a,-um = derde
testimonium,-i,o. = de getuigenis,het bewijs
timere(2)temeo = vrezen,bang zijn
tolerare(1)tolero = verdragen,uithouden
tollere(3)tollo = opheffen,wegnemen
totus,-a,-um = geheel
tradere(3)trado = overhandigen,overleveren
trans+acc. = over...heen,aan de overkant van,over(vlakbij)
transferre(onr.)transfero = overbrengen
transire(onr.)transeo = overgaan,voorbijgaan,oversteken
tredecim,telwoord = dertien
tres,tres,tria,telwoord = drie
tu = jij(pers.vnw.)
tunica,-ae,v. = de tunica,het onderkleed
turbare(1)turbo = onrust stoken,in verwarring brengen
turris,turris,v. = de toren
tutus,-a,-um = veilig,beschermd
tuus,-a,-um = jouw(bez.vnw)
ubi = waar
iustus,-a,-um = rechtvaardig
ullus,-a,-um = enig,een enkel
ultimus,-a,-um = uiterste,laatste
ultra+acc. = aan de overkant van(veraf),voorbij,verder dan
umbra,-ae,v. = de schaduw
unde,bijwoord = vanwaar,waarvandaan
undecim,telwoord = elf
undecimus,-a,-um = elfde
undeviginti,telwoord = negentien
undique,bijwoord = van alle kanten
unquam,bijwoord = ooit
unus,-a,-um = een
urbs,urbis,v. = de stad
usquam,bijwoord = ergens
ut,voegwoord = (zo)als
valde,bijwoord = zeer
vel,voegwoord = of
velle(onr.)volo = willen
vendere(3)vendo = verkopen
venire(4)venio = komen
ventus,-i,m. = de wind
verbum,-i,o. = het woord
verus,-a,-um = waar,juist,behoorlijk
vester,vestra,vestrum = jullie,uw(bez.vnw.)
vestigium,-i,o. = het(voet)spoor
via,-ae,v. = de weg
victoria,-ae,v. = de overwinning
videre(2)video = zien
vigilare(1)vigilo = waken,wakker blijven
villa,-ae,v. = de villa,het landgoed
vincere(3)vinco = overwinnen
vincire(4)vincio = binden,boeien
vinculum,-i,o. = de band,de riem,mv.:de boeien
vir,-is,m. = de man
virtus,virtutis,v. = de moed,de dapperheid,de deugd
visere(3)viso = gaan zien,bezoeken
vita,-ae,v. = het leven
vituperare(1)vitupero = berispen,afkeuren
vivere(3)vivo = leven
vix,bijwoord = nauwelijks
vocare(1)voco = roepen,noemen
vos = jullie(pers.vnw.)
vovere(2)voveo = beloven,verlangen
vox,vocis,v. = de stem,het woord

Ingezonden op 10-12-2005 - 5574x bekeken.
Waardering 6.2 (aantal stemmen: 17)

voting system
1
2
3
4
5

alle woorden van latijn voor de examens => HHC

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Studium Novum, deel 1- 2

1 t.e.m. 14 + 1v/h 2e boek alle woorden van latijn