Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Asi Es deel 1 (2e druk)
› 2 Que tal? HH
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Asi Es deel 1 (2e druk)
, deel 1
2 Que tal? HH
Jaar 1
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
Hablo=ik spreek Hablas=jij spreekt Habla=hij/zij/u spreekt Hablamos=wij spreken Habláis=jullie spreken Hablan= zij spreken, u (mv) spreekt El español no es difícil= Spaans is niet moeilijk Qué hay? = hoe gaat het ermee? Fenomenal=geweldig Así, así=zo, zo Regular=het gaat wel Fatal=heel slecht Soy holandés/holandesa=ik ben Nederland/Nederlandse Dónde trabajas?=waar werk je? De dónde eres? = waar kom je vandaan (afkomstig)? No?=nietwaar? Tú=jij Qué estudias? =wat studeer je? El estudiante=de student La estudiante=de studente También=ook La oficina=het kantoor La escuela=de basisschool El colegio, el instituto=de (middelbare) school La empresa=het bedrijf El hospital=het ziekenhuis El ministerio=het ministerie El mecánico=de monteur La directora=de directrice El recepcionista=de receptionist La recepcionista=de receptioniste Lenguas=talen Profesiones=beroepen (el) neerlandés= Nederlands (el) inglés=Engels (el) francés=Frans (el) alemán=Duits Seguro que eres...?=Jij bent zeker...? Seguro que=zeker dat Ser de= komen uit El español= de Spanjaard, Spaans No=nee, niet Bruselas=Brussel Holanda=Nederland El/la belga=de Belg(ische) Estudiar=studeren Trabajar=werken En=in, te Un poco=een beetje Difícil= moeilijk Qué tal?= hoe gaat het ermee? Soy de=ik kom uit Trabajo en...= ik werk in... Estudio español=ik studeer Spaans Hablo un poco de español=ik spreek een beetje Spaans Profesor de español= leraar Spaans Qué es? =Wat doet u (qua beroep/werk)? Qué eres? =Wat doe jij (qua beroep/werk)? El/la taxista= de taxichauffeur (m/v) El médico= de arts El policía=de politieagent El bar= de bar La clase = de les Cómo estás? = hoe gaat het met jou? El taxi=de taxi El garaje=de garage El banco=de bank Qué lenguas hablas?=welke talen spreek je? Según=volgens Unos=enige, enkele Además=bovendien De los que=waarvan Todavía=nog (steeds) Occidental=westers primero/a= eerste distinto/a=verschillend(e) sobre todo=in het bijzonder pero a pesar=maar ondanks entender=begrijpen, verstaan habitantes=inwoners me llamo=ik heet pero=maar segundo/a=tweede
Ingezonden op 23-11-2010 - 843x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!