Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Diversen Zweeds, deel 3

4 Sibelius

Jaar 3 (hbo)

en kant = kant; rand
kanter = kanten { subjektiv }; randen
en tärna = bruidsmeisje meisje in wit gewaad dat Lucia begeleidt bij Luciaviering = tärna
en tärna = stern {vogel }
känsla av djup glädje och tillfredsställelse = sällhet
en sällhet = gelukzaligheid
att spegla (A) = weerspiegelen
att gråta (D) = huilen
att gråta = (presens = gråter) (imper = grät) (supinum = gråtit)
säv, säven = typ av gräsliknande växt med oansenliga blommor som växer i vatten och sumpmark
säv, säven = riet
att susa (A) = suizen
i = ni (?)
månde = må {werkwoordvorm afgeleid van het werkwoord må}
en ving = vleugel
vingar = vleugels
att sjunka (D) = zinken	
att sjunka = (presens = sjunker) (imper = sjönk) (supinum = sjunkit)
ngt arg och irriterad = gramse
gramse = wrok { adjektiv }
att vara ngn gramse (D) = wrok koesteren
illa = slecht
att ta illa vid sig (D) = gekwetst worden
Östanålid = niet bestaande plaats uit Säf, säf, susa
ett gods = goed(eren)
ett gull = goud (verouderd)
ett guld = goud (vernieuwd)
stucko = ?? = sticka (D) =steken ??
stucken = förorättad
stucken = gekwetst
en ögonsten = oogappel
ögonstenar = oogappelen
pupill = ögonsten {Den äldre termen ögonsten är numera ovanlig}
en pupill = pupil
pupiller = pupillen
sorgsen = bedroefd; verdrietig
sorgsen = (neutrum = sorgset) (plural = sorgsna)
smuts, smutsen = vuil
sista = laatste, allerlaastse
lustig = grappig; leuk
rosenträd = rosendeträd
en fred = rust
freder = rusten { subjektiv }
stjälkarna = stjelkarne
en stjälk = stengel; steel
stjälkar = stengels; stelen { subjektiv }
en tagg = doorn; stekel
taggar = doornen; stekels
att vålla (A) = veroorzaken
ständig = voortdurend; onafgebroken; constant
sveda, svedan = brandende pijn
ett agg = stark ovilja
ett agg = sterke onwil
en klenod = kleinood { een klein kostbaar voorwerp }
klenoder = kleinoden
nånsin = ooit
aldrig = nooit; absoluut niet
att bli av (D) = att bli af
att bli av (D) = tot stand komen
en död = dood
dödar = doden { subjektiv }
att förgå (D) = verdwijnen
att förgå (D) = voorbij gaan (tijd); vergaan
att rycka (B) = plotseling heftig bewegen
ljuv = lief
tystnad, tystnaden = stilte
en sträng = snaar
strängar = snaren
blyg = verlegen; bedeesd
en sippa = annemoon
uti = in
en fägring = schoonheid
en ängd = streek (met mooie natuur)
en ängder = streken (met mooie natuur)
hastig = haastig
att vissna (A) = verwelken
en mängder = hoeveelheden, massas, verzamelingen
en mängd = hoeveelheid
en mängd = massa, verzameling
mången, månget = menig
en törnros = hundroos (stenros)
en törnros = hondsroos
ett möte = ontmoeting
att reda (B) = in orde brengen; gereed maken
att gömma (B) = verbergen; verstoppen
att gömma (B) = bewaren
att rista (A) = kerven
att stinga (D) = steken (pijn veroorzaken)
att stinga = (presens = stinger) (imper =) (supinum = stungit)
en nödspis = haard; fornuis
nödspisar = haarden; fornuizen
att plöja (B) = ploegen
att tyna (A) = kwijnen
en förtrollning = betovering
att vila (A) = rusten

Ingezonden op 26-12-2010 - 2841x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

U kunt hier de volgende woorden leren uit de toonzettingen van Sibelius:

Runeberg (1804-1877) - Flickan kom från sin älsklings möte
Runeberg (1804-1877) - Norden
Wecksell (1838-1907) – Var det en dröm
Josephson (1851-1906) – Svarta rosor

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Diversen Zweeds, deel 3

4 Sibelius