Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

G Gebekt, deel 2

hoofdstuk 14

Jaar 2 (Gymnasium)

Dat is boter aan de galg gesmeerd = dat is vergeefse moeite.
Blauw bloed hebben = van adellijke afkomst zijn.
Ergens je handen aan branden = schade oplopen.
Een harde noot te kraken hebben = een groot probleem moeten oplossen.
Iemand in zijn hemd zetten = iemand belachelijk maken.
Iets in de ijskast zetten = iets uitstellen.
 Iemand op de keien zetten = iemand ontslaan
Iets in de kiem smoren = een probleem direct aanpakken.
Ergens gespeend van zijn = iets niet hebben.
Iemand op zijn vestje spuwen = iemand beledigen.

B.
recommandatie = aanbeveling.
surseance = uitstel van betaling.
excentriek = vreemd.
exorbitant = buiten proporties.
ambitieus = eerzuchtig.
loyaal = eerlijk, trouw.
geporteerd = gesteld op.
limiet = grens.
gefingeerd = verzonnen.
dispensatie ontheffing.
C.
Na gedane arbeid is het goed = rusten.
Een appeltje te … hebben = schillen
Voor een appel een ei = verkopen.
Een slag om de arm = houden.
Met open armen = ontvangen.
Kant noch wal = raken.
Over de balk = gooien.
Op zijn tandvlees = lopen.
Zijn beste beentje = voorzetten.
Op zijn achterste benen = staan.

Ingezonden op 15-02-2011 - 5616x bekeken.
Waardering 9.2 (aantal stemmen: 9)

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

G Gebekt, deel 2

hoofdstuk 14