Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Noorderpoort Medische Terminologie
› 3 schakel 245 - 362
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Noorderpoort Medische Terminologie
, deel 1
3 schakel 245 - 362
Jaar 4 (mbo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
ab/ = af; weg van abduceren = het zijwaarts bewegen van het lichaam af abductie = zijwaartse, afvoerende beweging abductor = een spier die een arm of een been zijwaarts van het lichaam af beweegt aberrant = afdwalend abnormaal = afwijkend van het normale ad/ = naar iets toe adduceren = het zijwaarts bewegen naar het lichaam toe adductie = zijwaartse, aanvoerende beweging adductor = een spier die een arm of een been zijwaarts naar het lichaam toe beweegt adenocarcinoom; adenocarcinoma = kwaadaardig kliergezwel adhesie = verkleving adhesief = gemakkelijk hechtend adhesies = door vorming van littekenweefsel treden weefselverklevingen op algos = pijn anestheticum; anaestheticum = verdovingsmiddel artritis = gewrichtsontsteking artro/ = m.b.t. de gewrichten artroplastiek = kunstmatige gewrichtsvorming artrotomie = chirurgische opening van een gewricht astma; asthma = chronische ziekte van de luchtwegen die benauwdheid veroorzaakt autochtoon = op de plaats zelf ontstaan benigne = goedaardig caecum = blindedarm canule = buisje carcino = kanker carcinofobie; carcinophobia = ziekelijke vrees aan kanker te lijden carcinoma; carcinoom = kankergezwel catabolisme; katabolisme = stofwisseling cefaal = m.b.t. het hoofd cefal/ = hoofd; hersenschedel cefalalgie; cephalalgia = hoofdpijn /cefalie = toestand van de hersenschedel cefalo/ = het gedeelte dat de hersenen omsluit en beschermt: de hersenschedel chondrectomie = operatieve verwijdering van het kraakbeen chondro/ = kraakbeen chondrocostaal = m.b.t. ribkraakbeen chondropathia patellae = aantasting van het kraakbeen van de knieschijf chondropathie = aandoening van het gewrichtskraakbeen die wordt beschouwd als pre-artrose colon = karteldarm; het tussen blindedarm en endeldarm gelegen deel van de dikke darm colon sigmoideum; colon sogmoïd = s-vormige darm; het laatste deel van de dikke darm corpus alienum = vreemd lichaam costa = rib costectomie = verwijdering van een rib of ribben costo/ = ribben cutaan = m.b.t. de huid dentalgie = tand- of kiespijn dento/; odonto/ = betreffende tanden en kiezen dentoïd; odontoïd = tandachtig diaphragma = middenrif difterie = besmettelijke, ernstige ontsteking van de keel en de luchtwegen elektro/ = betrekking hebbend op of geschiedend door elektriciteit elektronystagmografie = registratie van oogbewegingen en/ = in encefal/ = hersenen encefalitis = hersenontsteking encefalokèle = aangeboren uitstulping van de hersenen door het schedeldak encefalomalacie; encephalomalacia = hersenverweking encefalopathie = hersenziekte enkephalon; encephalon = hersenen; wat in de hersenschedel zit errare = dwalen error = dwaling /eus; /osus = slijmig; rijk aan slijm faryngitis; pharyngitis = keelholteontsteking /fobie = ziekelijke vrees gastro-enteroloog = maagdarmarts habitueel = telkens terugkerend; tot een gewoonte worden hernia = uitstulping hes/ = kleven; hechten homeopaat = beoefenaar van de homeopathie homeopathie = geneesmethode waarbij middelen worden toegepast die bij gezonden de ziekte juist zouden verwekken hydro/ = water hydrocefaal = iemand met een waterhoofd hydrocefalie = waterhoofd inter/ = tussen intercostaal = tussen de ribben interdentaal = tussen de tanden en kiezen kappa = de letter k karkinos = kreeft; tang kèle = breuk; uitstulping /kèle = met huid bedekte uitstulping kephalé = hoofd laryngitis = ontsteking van het strottenhoofd laryngo/ = m.b.t. het strottenhoofd laryngos = van het strottenhoofd laryngoscoop = instrument om het inwendige van het strottenhoofd te bekijken laryngoscopie = het bekijken van het inwendige van het strottenhoofd larynx = strottenhoofd leuko-encefalitis = ontsteking van de witte stof van de hersenen lien = milt lipoïd = vetachtig; lijkend op vet lipoïden = vetachtige substanties lipoïdose; lipoïdosis = toestand waarbij de stofwisseling van vetachtige substanties (meestal aangeboren) gestoord is lithiasis = geneeskundige steenziekte (nier-, gal- en blaasstenen) luxatie = ontwrichting; uit het lid geraken malacie; malac/ = verweking maligne = kwaadaardig maligniteit = kwaadaardigheid muc/; muco/; mucin/; mucosus; mucus = slijm mukeus; mucineus = slijmig mucoïd = slijmerig; slijmachtig mucosa = slijmvlies nas/; naso/ = neus nasaal = betreffende de neus nefrolithiasis; nephrolithiasis = niersteenziekte odontalgie = kiespijn odontitis = tandontsteking oesophagus; oesofago/ = slokdarm /oïd = /achtig; lijkend op orbita; orbit/ = oogkas orbitaal = m.b.t. de oogkassen orbito/ = oogkassen orbitonasaal = betreffende de oogkassen en de neus orbitonasale encefalokèle = een uitstulping van de hersenen in het gebied van oogkas en de neus oste/; osteo/ = bot osteoartopathie = een ziekte van de beenderen en de gewrichten osteochondritis = ontsteking van bot én kraakbeen osteomalacie = verweking van het beenderstelsel osteoom; osteoma = goedaardig gezwel van beenweefsel osteopathie = ziekte van beenweefsel osteoporose = poreusheid van de botten paratyfus = benaming voor verschillende ziekten die enigzins op tyfus gelijken, maar een milder verloop hebben patella = knieschijf phato/ = ziekte phobos = vrees plastiek = chirurgisch vormherstel; chirurgische vormverandering plastikos = boetseerkunst pneumonie = longontsteking poreus = vol kleine gaatjes poros = klein gaatje praeputium = voorhuid pseudokyste = een door verweking van weefsel ontstane holte pseudolues = ziekte lijkend op syfilis rachitis = engelse ziekte; ziekte waarbij er te weinig kalkzouten in de beenderen worden afgezet radiofarmacon; radiopharmacon = radioactief middel reuma; rheuma = acute en chronische ontstekingsziekten van de spieren, beenderen, gewrichten en het omliggende weefsel rhachis = ruggegraat rhinencephalon = reukhersenen rinitis; rhinitis = ontsteking van het neusslijmvlies rinorroe; rhinorrhoea = hevige rinitus skop/; scop/ = kijken syfilis; syphilis = seksueel overdraagbare aandoening met zweertjes aan slijmvliezen en verlammingen en aantastingen van hersenen in een vergevorderd stadium. therapie = geneeswijze; behandeling thoracaal = m.b.t. de borstkas trache/; tracheo/; trachea = luchtpijp tracheacanule = luchtpijpbuisje tracheostoma = door operatie verkregen opening in de luchtpijp tracheostomie = de vervaardiging van een kunstmatige toegangspoort tot de luchtpijp tracheotomie = luchtpijpsnede; operatieve opening van de luchtpijp trombose = geneeskundige bloedvatverstopping tyfus; typhus = geneeskunde besmettelijke ziekte gepaard gaande met hevige langdurige koortsen en bewustzijns-stoornissen
Ingezonden op 07-09-2011 - 4254x bekeken.
Laatst bijgewerkt:
24-10-2011
.
Waardering 9.6 (aantal stemmen: 4)
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!