Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Beknopte thematische woordenschat Duits

7 7.2 Maatschappelijke verhoudingen

Jaar 5 (Gymnasium)

die Gesellschaft = maatschappij, gezelschap
gesellschaftlich = maatschappelijk
das Milieu = milieu
sozial = sociaal
der Kontakt = contact
die Leute = mensen
begegnen = ontmoeten
kennen lernen = leren kennen
kennen = kennen
der Bekannter = bekende, mnl
die Bekannte = bekende vrl
befreundet sein = bevriend zijn
die Freundschaft = vriendschap
der Kamerad = kameraad, mnl
die Kameradin = kameraad, vrl
der Kumpel = kameraad
duzen = tutoyeren
siezen = met u aanspreken
zusammen = samen
beide = beide, allebei
einander = elkaar
unabhängig = onafhankelijk
individuell = individueel
allein = alleen
einsam = eenzaam
diskriminieren = discrimineren
der Fremder = vreemdeling, mnl
die Fremde = vreemdeling, vrl
der Verein = vereniging
die Gruppe = groep
das Mitglied = lid
gemeinsam = gezamenlijk
verbinden = verbinden
integrieren = integreren
gegenseitig = wederzijds
die Brüderschaft = broederschap
Brüderschaft trinken = broederschap drinken
lustig = vrolijk
die Szene = wereld, circuit
das Vorbild = voorbeeld
der Respekt = respect
gleichberechtet sein = gelijkgerechtigd zijn
voneinander = van elkaar
miteinander = met elkaar
miteinander sind wir stark = samen zijn we sterk
zu tun haben = te maken hebben
mitbringen = meebrengen
leihen = lenen
ausleihen = uitlenen
zurückgeben = teruggeven
wegnehmen = wegnemen
zeigen = tonen, laten zien
behandeln = behandelen
beeinflussen = beinvloeden
sich wenden = zich wenden
anbieten = aanbieden
überreichen = overhandigen
spenden = geven (uitgeven)
geben = geven
abgeben = afgeven
schenken = geven, schenken
das Geschenk = geschenk, cadeau
kriegen;bekommen;erhalten = krijgen
sich kümmern = zich bekommeren
versorgen = zorgen voor
beschützen = beschermen
helfen = helpen
die hilfe = hulp
der Gefallen = plezier
die Störung = storing
stören = storen
hindern = hinderen
der Krach = ruzie
peinlich = pijnlijk
sich beteiligen = deelnemen
die Anwesenheit = aanwezigheid
die Abwesenheit = afwezigheid
sich einmischen = zich bemoeien
die Angelegenheit = zaak, gelegenheid
ankommen = in tel zijn, het goed doen
die Ehre = eer
die Emanzipation = emancipatie
die Feministin = feministe
die Frauenbewegung = vrouwenbeweging
die Gleichberechtigung = gelijkheid, gelijke rechten

Ingezonden op 10-01-2012 - 1040x bekeken.
Laatst bijgewerkt: 11-01-2012.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

als er fouten bij zitten, even zeggen aub, dan verbeter ik het.

succes!

Deze overhoring is meer dan zeven jaar geleden ingestuurd. Dit was de begintijd van woordjesleren.nl!!
Waarschijnlijk werk je met een recentere uitgave en wijkt jouw boek af van de inzending hierboven.

Vakken

Beknopte thematische woordenschat Duits

7 7.2 Maatschappelijke verhoudingen