Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'

Livius CE 2012, deel 7

hoofdstuk 7

Jaar 6

infestus = vijandig, onveilig, bedreigd
senectus, senectutis = ouderdom
nox, noctis = nacht
interdiu = overdag
praetereo, praeterire, praeterii, praeteritum = voorbijgaan, overslaan
tacitus = stil, zwijgend
puto, putare = 1. rekenen 2. menen, beschouwen als
memini, meminisse perf. +gen = zich herinneren, denken aan
malo, malle, malui = liever willen
arbitror, arbitrari = menen, geloven
sin (autem) = als echter
muto, mutare = 1. ruilen, wisselen 2. veranderen
necesse est = het is noodzakelijk
penates, penatium = 1. huisgoden 2. huis, tehuis
conspicio, conspicere, conspexi, conspectum = zien, bekijken
hinc = hiervandaan
similis, similis = gelijk(end)
continuus = ononderbroken, samenhangend
semen, seminis = zaad
momentum = 1. doorslag 2. belang 3. beweegreden
adimo, adimere, ademi, ademptum = van iemand wegnemen, aan iemand ontnemen
admoneo, admonere, admonui, admonitum = 1. waarschuwen 2. opwekken 3. aan iets herinneren
donum = geschenk
polliceor, pollicere, pollicitus sum = beloven
crimen, criminis = 1. misdaad 2. beschuldiging
agmen, agminis = leger op mars, stoet, colonne
forum = 1. marktplein 2. openbaarheid
pavor, pavoris = angst
ineo, inire, inii, initum = 1. binnengaan 2. beginnen
occupo, occupare = bezetten, innemen
odium = haat
sordidus = vies, vuil, minderwaardig
onus, oneris = last, vracht, lading
invidia = haat, jaloezie, afgunst
largior, largiri, largitus sum = rijkelijk geven
pauci, paucorum = weinige(n)
sextus = zesde
inscius = onwetend
comes, comitis = metgezel
cena = (hoofd)maaltijd
deduco, deducere, deduxi, deductum = 1. naar beneden brengen 2. overbrengen
tutus = veilig
gladius = zwaard
sinister = links, linker
pectus, pectoris = hart, borst, geest
opprimo, opprimere, oppressi, oppressum = onderdrukken
taceo, tacere, tacui, tacitum = zwijgen
immineo, imminere + dat = bedreigen
fateor, fateri, fassus sum = bekennen
minae, minarum = dreigement
addo, addere, addidi, additum = toevoegen
nudus = naakt
ait = hij zegt, hij zei
neco, necare = doden
terror, terroris = schrik
vinco, vincere, vici, victum = overwinnen
expugno, expugnare = veroveren, innemen
nuntius = 1. bode 2. bericht
singuli, singulorum = elk afzonderlijk
amicus = bevriend, vriend
atrox, atrocis = gruwelijk
invenio, invenire, inveni, inventum = ontdekken
adventus, adventus = (aan)komst
lacrima = traan
salve! salvete! = gegroet
minime = het minst, helemaal niet
amitto, amittere, amisi, amissum = verliezen, opgeven
vestigium = spoor
lectus = bed
testis, testis = getuige
hospes, hospitis = 1. gastheer 2. gast
gaudium = vreugde, plezier
ordo, ordinis = ordening, stand, rij
aeger = ziek, lijdend, bedroefd
cogo, cogere, coegi, coactum = 1. dwingen 2. bijeenbrengen
pecco, peccare = zondigen
absum, abesse, afui, afuturus = afwezig zijn, ontbreken
culpa = schuld
debeo, debere, debui, debitum = 1. moeten 2. verschuldigd zijn
absolvo, absolvere, absolvi, absolutum = 1. losmaken 2. vrijspreken
supplicium = doodstraf, executie
libero, liberare = bevrijden
vestis, vestis = kleed, kleding
iuro, iurare = zweren
superbus = hoogmoedig, trots
exsequor, exsequi, exsecutus sum = 1. ten grave dragen 2. ten uitvoer brengen
praecipio, praeciperen praecepi, praeceptum = voorschrijven, onderricht geven

Ingezonden op 11-02-2012 - 1071x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!

voting system
1
2
3
4
5

Vakken

Livius CE 2012, deel 7

hoofdstuk 7