Vakken
Engels
Frans
Duits
Spaans
Nederlands
Grieks
Portugees
Italiaans
Latijn
Japans
Biologie
Aardrijkskunde
Natuur- en scheikunde
Wiskunde, rekenen
Economie
Geschiedenis
Eigen methodes
Alle vakken
Home
›
Alle vakken
›
Eigen methodes
›
Methodetoets frans
› 1 woordjes
Helaas is de overhoormodule niet beschikbaar. Wel kun je deze lijst overhoren via StudyGo. Klik op 'Overhoren'
Methodetoets frans
, deel 1
1 woordjes
Jaar 6 (vwo)
Link voor email / website
Link naar overhoring, zonder bewerk/reactiemogelijkheid (ELO)
Open met deze code de oefening in miniTeach
Twitter
Facebook
Google+
LinkedIn
ainsi = zo; dus bien sûr = natuurlijk désormais = voortaan; tegenwoordig surtout = vooral selon = volgens puisque = immers; omdat puis = daarna; verder depuis = sinds; sindsdien dont = waarvan; waar- donc = dus; dan; toch peut-être = misschien tard = laat si = als; indien; of; zo; jawel aussi = ook; dan ook; daarom à peine = met moeite bien = goed; wel; zeer tant que = zolang au cours de = in de loop van près de = bij; dichtbij; tegen; ongeveer quelque 200 = ongeveer 200 tout à fait = helemaal alors que = hoewel avant que = voordat dès que = zodra pour que = opdat; zodat afin que = opdat; zodat quoique = hoewel qoui que = wat ook certes = zeker or = welnu cependant = evenwel; echter pourtant = toch ne -- guère = nauwelijks trop = te; teveel à propos de = naar aanleiding van; over peu = weinig partout = overal aussitôt = onmiddellijk en effet = want; inderdaad dans le domaine de = op het gebied van apprendre = leren; vertellen; vernemen sans que = zonder dat toutefois = echter; evenwel touours est-il que = hoe het ook zij.. lorsque = toen; wanneer plutôt = liever; eerder de sorte que = zodat à tort = ten onrechte sans doute = waarschijnlijk; zeker en vain = tevergeefs comme = omdat; zoals; toen parmi = tussen; temidden van bientôt = spoedig lors de = tijdens dès lors = sindsdien ailleurs = elders d'ailleurs = trouwens par ailleurs = anderzijds; overigens jadis = vroeger ne -- que = slechts tandis que = terwijl naguère = onlangs le lendemain = de volgende dag; kort na la veille = de vorige dag; kort ervoor en fin de compte = uiteindelijk; tenslotte soit -- soit = of...of tantôt -- tantôt = soms...soms en revanche = daarentegen sauf = behalve; veilig; behouden tout au plus = hoogstens davantage = meer il s'agit de = het betreft ignorer = niet weten; negeren affirmer = zeggen; beweren confirmer = bevestigen à la fois = tegelijk un avantage = een voordeel un désavantage = een nadeel diminuer = afnemen; kleiner worden; kleiner maken augmenter = toenemen; groter woden; groter maken surmonter = te boven komen aisé = makkelijk; welgesteld mal = slecht pis = slechter bien des = heel wat pas mal de = heel wat par conséquent = derhalve contraint = gedwongen restreint = beperkt quant à = wat betreft malgré = ondanks permettre = toestaan; mogelijk maken à l'égard de = ten aanzien van à cet égard = wat dat betreft il semble = het schijnt outre = behalve; buiten tel = zo d'autant plus = des te meer de même que = evenals
Ingezonden op 27-02-2012 - 509x bekeken.
Nog niet genoeg stemmen voor waardering: geef je mening!
voting system
1
2
3
4
5
Maak gratis account aan
Toon volledig menu
Door deze site te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies voor analytische doeleinden, gepersonaliseerde inhoud en advertenties.
Meer informatie.
Overhoor en verbeter je talenkennis op woordjesleren.nl. De grootste verzameling van Franse, Engelse, Duitse en anderstalige oefeningen. Naast talen zijn ook andere vakken beschikbaar, zoals biologie, geschiedenis en aardrijkskunde!